Bijzondere koeienrassen als blaarkoppen, lakenvelders en brandroden dreigen uit Nederland te verdwijnen. Daarvoor waarschuwen betrokken boeren en hun organisaties. De bijzondere rassen worden het slachtoffer van nieuwe strenge mestregels. Die zijn bedoeld om overproductie van mest tegen te gaan. De bijzondere koeien leveren niet veel op en dreigen te worden opgeofferd.

Door de afschaffing van het melkquotum zijn veel rundveebedrijven flink gegroeid. En daardoor steeg ook de hoeveelheid mest die geproduceerd werd. Vanaf 1 januari 2018 zal er daarom een systeem met fosfaatrechten worden ingevoerd. Boeren krijgen fosfaatrechten afhankelijk van het aantal koeien dat zij op 2 juli 2015 hadden. Eerder voerden boeren hier al actie tegen.

Nederland krijgt al een uitzondering voor het uitstoten van het fosfaat, de derogatie. Om deze ook voor volgend jaar te behouden is nu een fosfaatreductieplan gemaakt. Voor houders van vleesrunderen houdt dat in dat zij een boete krijgen voor de koeien boven het aantal van de peildatum 15 december 2016 of voor het gemiddeld aantal koeien in de maand van de meting maar dan in 2016.

De Stichting Zeldzame Huisdieren (SZH) die opkomt voor de bijzondere rassen zegt dat het zogeheten Biodiversiteitsverdrag geschonden wordt. Dit verdrag verplicht de 193 landen die het ondertekend hebben om de biologische diversiteit te behouden.

De SZH vraagt staatssecretaris van Economische Zaken Martijn van Dam om een uitzondering te maken voor de zeldzame koeienrassen. Volgens de stichting wordt het op deze manier onmogelijk om gezonde populaties in stand te houden.

In Nederland lopen meer dan vier miljoen runderen, het overgrote deel daarvan zijn Holstein Friesians. Deze soort vormt zo'n 98 procent van de populatie. De uitzonderingsregel zou dus gelden voor 2 procent van het rundvee in Nederland. Sommige rassen zijn al zo sterk geslonken dat ze al het predicaat 'bedreigd' hebben gekregen.

Voor boeren met alleen maar zeldzame rassen wordt het erg moeilijk om het hoofd boven water te houden. "Deze maatregelen gaan mij 30.000 tot 40.000 euro per jaar kosten. Dat kan ik niet opbrengen", zegt houder van lakenvelders Jelle Hidma. "In de jaren 70 waren er nog maar 200 lakenvelders in Nederland, dat is gelukkig de afgelopen jaren gegroeid. Maar als meerdere boeren moeten stoppen zal dat aantal weer snel teruglopen."

Organisatie voor eerlijk voedsel Slow Food Nederland vindt ook dat deze rassen een uitzondering moeten krijgen. "De biologische boeren veroorzaken het probleem niet. Het fosfaat dat deze koeien produceren wordt gebruikt voor het groeien van het gras dat de beesten weer zelf eten", aldus Reurt Boelema van Slow Food Nederland.

Eerder deed een boer op Facebook al een oproep om zijn lakenvelders te kopen. Hij hoopt hiermee te voorkomen dat ze dan naar de slacht moeten. De lakenvelders moeten weg omdat ze het minste melk opleveren.

Het ministerie van Economische Zaken heeft afgelopen week de zorgen van de SZH aangehoord en gaat nu kijken wat ze er mee gaat doen.