Een vinding die honger op de wereld kan uitbannen én geen milieuschade oplevert. In een Fins laboratorium is een eiwit gemaakt waar geen plant of dier aan te pas komt.
Anders dan bij dierlijke en plantaardige eiwitten is voor het Finse eiwitpoeder geen schaarse landbouwgrond nodig. De onderzoekers gebruiken daarvoor in de plaats een laboratoriumopstelling met elektriciteit en CO2.
Juha-Pekka Pitkänen, een van de Finse professoren die het onderzoek uitvoerden, noemt het maakproces tegen de NOS "vergelijkbaar met het brouwen van bier".
Het is nog wel een tijdrovende klus. Een gram van het eiwitpoeder kost nu nog twee weken om te maken. Pitkänen gaat verder met het doorontwikkelen van de technologie. Hij wil dat op termijn iedereen - "zelfs in de woestijn" - het eiwit thuis kan maken.
Karin Thomas doet voor Tilburg University onderzoek naar de toekomst van ons voedsel. Ze kende het Finse onderzoek niet, maar noemt het een welkom alternatief. "Om een groeiende wereldbevolking te voeden kan je overgaan tot intensievere landbouw, daar kleven veel nadelen aan zoals milieuschade. Dit nieuwe eiwit kan veel druk van de reguliere landbouw afhalen."
"Het klinkt nog wel echt als toekomstmuziek. Ik zie op foto's een theelepeltje van het eiwitpoeder, maar wat moet je daarmee? Misschien kan je het straks in een 3D-printer stoppen, maar die ontwikkeling verwacht ik nog niet morgen. Het is wel een hele goede stap in de juiste richting."
Fred van de Velde, eiwit-onderzoeker bij NIZO, een Nederlands onderzoeksbedrijf voor voedingsmiddelen, kende het Finse onderzoek ook nog niet. Hij vindt het een mooie stap vooruit. "Nu nog is gemiddeld 65 procent van onze eiwitconsumptie van dierlijke oorsprong (vlees, melk, kaas en eieren) en de rest plantaardig."
"Maar als ik het onderzoek bekijk zijn er nog wel wat hobbeltjes te nemen. Ze schrijven niets over de verteerbaarheid van het eiwit. Dat is belangrijk anders neem je de voedingsstoffen niet op. Ook heb je nog de geur en smaak. Voedingsmiddelenproducenten willen dat het eiwit neutraal is. Ook vraag ik me af welke stikstofbron gebruikt is."
Onderzoeker Juha-Pekka Pitkänen heeft antwoorden op die vragen. "Stikstof en andere zaken" worden apart toegevoegd, zegt hij. "En de substantie heeft geen smaak of geur. Er is nog veel werk te doen om er een echt voedselproduct van te maken, dan pas weten we meer over de verteerbaarheid."