Kostbare edelstenen van de Britse kroonjuwelen werden tijdens de Tweede Wereldoorlog begraven in een koekjestrommel in Windsor Castle. Dit bleek uit de documentaire 'The Coronation' waarvoor de BBC met koningin Elizabeth II sprak.

De koningin (91) geeft meestal geen interviews. Maar voor de uitzending op zondagavond op de BBC ter gelegenheid van haar 65e kroningsjubileum, maakte ze een uitzondering.

Elizabeth's vader, George VI, liet de edelstenen verbergen voor de nazi's. Hij stelde zijn dochter niet op de hoogte van het geheim. Onder de verborgen schatten hoorde ook de 'Robijn van de Zwarte Prins' van de keizerlijke staatskroon, de kroon die de koningin draagt bij de opening van het parlementair jaar.

Met droge humor vertelde Elizabeth II in het interview over de pompeuze kroningsceremonie, maar ook van het ongemak. De urenlange rit in de vergulde wagen naar Westminster Abbey was 'niet erg comfortabel', omdat ze vrijwel direct gezeten was op springveren, die waren bekleed met leer. Acht paarden trokken het vier ton zware rijtuig uit

Ook een kroon was ongemakkelijk, zei de vorstin, die tijdens het gesprek een blauwe jurk droeg en zeer geconcentreerd leek. Met een kroon op het hoofd moet je niet naar beneden kijken om een speech-tekst te lezen. "Anders kun je je nek breken en valt de kroon eraf", voegde ze er grijnzend aan toe.

Toen koning George VI op de leeftijd van slechts 56 jaar stierf, was Elizabeth op 6 februari 1952 zijn opvolger. De uitgebreide kroning in Londen vond pas plaats op 2 juni 1953. Als gevolg van opwinding verloren de meeste koorknapen in de kerk hun stem. Een van de dragers, die de lange sleep van de koningin mochten dragen, viel bijna flauw.