Een gemummificeerd lichaam dat bijna 45 jaar geleden in een kerk in Bazel werd ontdekt, blijkt een verre, verre voorouder van de Britse minister van Buitenlandse Zaken Boris Johnson.

De gemummificeerde resten zijn van een vrouw. Zij kwamen in 1975 tevoorschijn bij de restauratie van de Barfüsser Kirche in Bazel. Dat ze van een vrouw uit welgestelde kringen moesten zijn, was meteen al duidelijk. De vrouw was voor het altaar begraven en droeg kleding van goede kwaliteit. Maar wie ze was, bleef een raadsel, want een grafsteen met een naam was er niet.

Uit onderzoek kwam naar voren dat de resten van de vrouw in 1843 ook al eens waren blootgelegd. Documenten uit die tijd deden de onderzoekers vermoeden dat de mummie lid moest zijn geweest van de welgestelde Bazelse familie Bisschoff.
Zo heeft Anna Bisschoff er volgens de Zwitserse televisie mogelijk uitgezien SRF

De onderzoekers besloten daarop dna af te nemen uit een grote teen. Dat werd vergeleken met het dna van erkende nazaten van de familie Bisschoff. De uitkomst was dat de vrouw voor 99,8 procent zeker een Bisshoff was geweest. Na verder onderzoek bleef er maar een naam over: die van Anna Catharina Bisschoff, geboren in 1719 in Bazel en in 1787 in diezelfde stad overleden.

Toen dit vaststond, gingen genealogen aan de slag. Die ontdekten dat de Britse minister een verre nakomeling van Anna was.

Johnson heeft nog niet gereageerd op de vondst. Eerder zei hij wel dat hij van "kakkineuze rijkelui" afstamde.
Foto