Op een aantal plaatsen in Nederland is of wordt dynamische fietspadverlichting geïnstalleerd. De verlichting brandt alleen als er fietsers zijn. Doel is meestal om de sociale veiligheid van fietsers te verbeteren zonder de omgeving te belasten met al te veel lichthinder. En in de marge wordt ook nog wat energie bespaard.
Zo stellen op een fietspad tussen Heesch en Nistelrode radardetectoren vast of er beweging is en dan gaan de lampen branden. Dat gebeurt ook in de provincie Utrecht op een aantal plaatsen. Bijvoorbeeld op de N234 en de N238 nabij Den Dolder in blokken van 500 tot 750 meter. Tussen De Bilt en Zeist (N237) is ook dynamische verlichting aangebracht op het fietspad. Tegelijkertijd werd de verlichting op de hoofdrijbaan weggehaald zodat de lichthinder er nu minimaal is. Ook in Zuid Holland heeft men plannen om dynamisch te gaan verlichten, bijvoorbeeld op een aantal fietspaden in een recreatiegebied bij de provinciale weg N470 tussen Zoetermeer, Pijnacker-Nootdorp en Lansingerland. Ook hier zal een radardetectiesysteem kijken of er fietsers aanwezig zijn en vervolgens de verlichting opdraaien van een 25%-niveau tot een 100%-niveau.
In Delft heeft men inmiddels een aantal jaren ervaring met dynamische verlichting. In een recreatiegebied wordt de verlichting al sinds 2000 automatisch min of meer probleemloos geregeld op basis van radardetectie. Normaal ligt het verlichtingsniveau op 20%. Bij nadering van een fietser of voetganger wordt er 'zacht' opgeschaald naar 100%. Als de langzaamste voetganger voorbij is dimmen de lampen in zeven minuten weer naar 20%.
Overigens laten de extra kosten zich bij kleinere projecten niet zomaar terugverdienen, zo leert onder meer de ervaring in Delft. Er moet behoorlijk worden geïnvesteerd in apparatuur en de financiële winst aan energiebesparing weegt daar meestal niet tegenop.