Een predikant van de Gereformeerde Gemeenten kan opgelucht ademhalen. Een jaar nadat hij een bezwaar had ingediend tegen een besluit van de Belastingdienst, mag hij zijn ambtelijke jacquet alsnog opvoeren als werkkleding en aftrekpost.
De dominee uit Amersfoort kocht de lange, donkere kostuumjas voor 354,95 euro in 2013 en voerde deze op als werkkleding in zijn belastingaangifte. De inspecteur van de Belastingdienst wees de aftrekpost af, omdat de man het jacquet ook privé kon dragen.
De predikant ging hiertegen in beroep bij de rechtbank in Gelderland. Hij zou het kledingstuk alleen dragen tijdens de wekelijkse erediensten op zondag en bij huwelijksvoltrekkingen. De rechtbank verklaarde zijn beroep ongegrond en bleef bij het eerdere besluit: het jasje zou geen exclusieve ambtskleding zijn.
De dominee gaf niet op en ging in hoger beroep. Met resultaat: het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden stelde hem deze week alsnog in het gelijk. En wel dankzij de knopen, bevestigt het hof naar aanleiding van berichtgeving van De Telegraaf. Het jasje onderscheidde zich van een normale jas door "speciale knopen, een hoge sluiting en specifieke kenmerken op het rugpand".
Vanwege die specifieke details acht het hof het aannemelijk dat de dominee het jacquet nooit bij privégelegenheden heeft gedragen of zal dragen. Het jacquet werd door de predikant gekocht bij een winkel voor ambtskleding.
"De Belastingdienstinspecteur heeft ten onrechte de kosten voor aanschaf van het jacquet niet in aftrek toegelaten", zo luidt de uitspraak van het hof. Het vindt dat de dominee aannemelijk heeft gemaakt dat zijn jacquet nagenoeg uitsluitend geschikt is om zijn ambt uit te oefenen, wat van het jasje werkkleding maakt.
De predikant krijgt de proceskosten terug en mag zijn jacquet alsnog in mindering brengen op zijn inkomen.