HEEZE - Marc van de Ven (55) uit Heeze plaatst keukens. Heel veel keukens. Hij werkt keihard. Vaak 80 uur in de week. Dat doet hij met liefde. Niet zozeer voor die keukens, maar vooral voor de 34 husky’s die thuis op hem wachten.

Verscholen in de bossen, ergens op een niet nader te noemen plek in de buurt van Heeze, staat het huisje van Marc van de Ven. Een beetje vervallen is het wel. De verf bladdert en binnen heeft de wind nog net geen vrij spel. Op het met tentdoek enigszins dicht en huiselijk gemaakte terras aan de achterkant heeft de bewoner zijn eetkamer/kantoor/slede-opslagplaats ingericht. Er is een haard die af en toe even brandt als een halve fles brandpasta over het vochtige hout wordt gegoten. Buiten is het een paar graden. Binnen ook.

,,Jij moet zeker ook winterhard worden, net als je hondjes?” De vraag is als grapje bedoeld. Zijn bevestigend antwoord niet.

Dit verhaal begint zoals een sprookje zou kunnen beginnen. Maar een sprookje is het zeker niet. Alhoewel... misschien toch wel een beetje voor Marc van de Ven zelf. Want wie van ons kan nou zeggen dat hij of zij zijn of haar droom verwezenlijkt heeft? Nou, hij wel. Want hier woont hij dan...

,,Mooi he”, zegt hij, terwijl hij zijn tevreden blik langs de bomen rondom en langs de hondenkennels laat gaan, ,,hier heb ik de ruimte. Ik woon alleen maar ik ben absoluut niet eenzaam. Als mijn koelkast vol zit kan ik makkelijk een week geen mens zien. Maar ik ben niet mensenschuw hoor. Via mijn werk kom ik ze genoeg tegen.”

Maar het meest in zijn element voelt Marc van de Ven zich toch ‘onder de honden’. Als ze hem in het vizier krijgen gooien de husky’s massaal de kop in de nek en begroeten huilend hun baasje. En hun baasje groet terug: Bailey, Baboushka, Jonas, Jordi, Bommel... Hij houdt ze met gemak uit elkaar. Alle 34.

Het begon in de jaren 90, toen hij in Eindhoven nog samenwoonde met zijn vriendin. Twee hondjes kocht hij. Husky’s, omdat die soort het dichtst bij de wolf staat. Hij noemde ze naar voetballers: Hristo (Stoichkov, de Bulgaarse voetballer van onder meer het Barcelona van trainer Johan Cruyff) en Branco (,,die ons tijdens de WK in in 94 naar huis schoot en met Brazilië wereldkampioen werd”).

De hondjes bleven. De vrouw niet. ,,Ach ja”, zegt Van de Ven, ,,het leven loopt zoals ’t loopt. Ik ben blij met mijn hondjes. En als er nog ooit een vrouw komt die dat met mij wil delen dan is dat mooi. Maar ik ben wie ik ben en die hondjes zijn mijn kinderen. Ik wil mijn leven niet veranderen.”

Met de komst van Branco en Hristo veranderde het leven van Marc van de Ven. Hij werd verliefd op de ‘honden met pit waar je wel mee om moet kunnen gaan’ (zijn woorden). Na die eerste twee kwamen er nog twee en nog twee. En Van de Ven sloot zich aan bij de husky-liefhebbers die bij het E3 strand hun sledehondenwedstrijden organiseren.

Uiteindelijk woonden er bij de keukenbouwer thuis, in de Eindhovense Achtse Barrier, negen husky’s. En toen viel zijn oog op het huisje in de Heezer bossen.

Husky’s zijn buitenhonden. Ze zijn in staat warm te blijven ook al liggen ze in de sneeuw. Achter het huisje in het bos hebben ze hun buitenverblijf. Grote groepshokken. De reuen en de teven apart. Net als het jong grut. Er zijn elf pups van één jaar en zeven van bijna twee. Deels afkomstig uit twee nestjes (waarvan één onbedoeld) die bij hem ter wereld kwamen.

De sledewedstrijden bij het E3 strand zijn Van de Ven en zijn honden ontgroeid, als je dat zo kan zeggen. Hij traint nu al jaren alleen nog maar voor meerdaagse lange afstandswedstrijden in Oostenrijk en Tsjechië. Die hij trouwens ook al enkele malen won. 220 km, oftewel 10.000 hoogtemeters in vier dagen. Dat soort werk. ,,Soms sta ik 12 tot 14 uur op een dag op de slee”, zegt Van de Ven. ,,Vermoeiend? Ja, maar voor mij is het toch vakantie.”

Marc van de Ven is eigen baas. Hij bepaalt zelf hoeveel keukenklanten hij aanneemt en hoe lang zijn werkdagen zijn. Soms jakkert hij 14 uur aan één stuk door. En zo creëert hij dan een extra dag vrij om te trainen. Een paar keer per week komen alle honden aan de beurt. Hij spant ze in, springt achterop de kar en leidt ze -soms in volle vaart- door de bossen van Heeze. Vaak urenlang. Een enkele keer voor een kort stukje. Bijvoorbeeld toen hij twee jaar op rij, verkleed als kerstman zijn twee buurmeisjes (van honderden meters verderop) naar het eindgala op hun middelbare school bracht.

Maar hoe ziet Van de Ven zijn toekomst eigenlijk? En waar? Hier buiten, alleen in de bossen? En die van de honden? ,,Nou om te beginnen, 34 honden is wel wat veel. Dat kwam ook wel door dat ene onbedoelde nestje”, zegt Van de Ven.

Meer hoeft hij er dus niet. Maar de hondjes die er zijn mogen wel oud worden bij hem. En hij doet alleen een hond weg als hij er de hond een plezier mee doet. Als ze het ergens anders net zo goed of beter hebben dan bij hem. ,,En dan hoef ik er echt niks voor te hebben”, zegt hij. Maar de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat dat niet vaak gebeurt.

Maar hoe gaat dat dan aan het einde van een hondenleven? ,,Als baasje van een hond ben jij daar ook verantwoordelijk voor. Jij bepaalt wanneer de tijd daar is. Wanneer dat dan is? Nou, wat mij betreft als ze wakker worden in hun eigen poep en pies. Want ik zeg maar zo: als het bij mij zo ver is, hoop ik dat ze mij ook opruimen. Ik ben bij een mobiele dierenarts. Die bel ik. En dan mag de hond inslapen. Ik begraaf de honden hier in het bos.”

En dan vertelt hij over Koira. Op tweede kerstdag 2017 was het haar tijd. Zestien werd ze. ,,Zij was echt mijn grootste lieveling. Waar ik ook was, zij liep altijd achter mij.” Koira sliep altijd bij haar baasje in het kleine huis. Net als de 9-jarige Mischa (‘een beetje uit model na twee nestjes jongen’) nu. Marc van de Ven klapt zijn laptopje open.

Hij laat foto’s zien uit de tijd dat Koira nog deel uitmaakte van het span van 14 of 16 honden waarmee hij de Oostenrijkse en Tsjechische pistes bedwong. Zienderogen verdwijnt Van de Ven in die sneeuwwitte wereld van de lange afstands sledehondewedstrijden. Het is duidelijk: zijn gedachten zijn niet meer hier.

Grotere bus
Over zijn eigen oude dag denkt hij nog niet te veel. Hij heeft het er gewoon ook te druk voor. Met keihard werken omdat er een nieuwe, grotere bus besteld is. Er moeten tenslotte 34 honden in kunnen. En met trainen voor de grote sledewedstrijd in Tsjechië.

120 Roedels doen mee. Marc van de Ven is voor de 16e keer deelnemer. De 22e januari vertrekt hij. In zijn nieuwe bus, met zijn goede vriend en trouwe wedstrijdhulp Johan naast zich. Achter de bus hangt dan de caravan waar de mannen in slapen. Voor de hondjes die thuis blijven zorgt het gezin van de buren.

En daarna? Zijn er nog dromen over om na te jagen? ,,Oh jazeker”, zegt Van de Ven, ,,Zweden! Ik ben aan het uitzoeken hoeveel dat kost: Een buitenhuisje in Zweden. En dan vier maanden per jaar daar naartoe om te trainen in de sneeuw.”

Volgend jaar gaat hij vijf weken op proef. En alle husky’s mogen mee.