Japanse wetenschappers hebben van bloedcellen primitieve eicellen gemaakt. Deze doorbraak kan ongewenst kinderlozen uitkomst bieden, maar roept ook veel ethische dilemma’s op.

Onderzoekers uit Japan hebben bloedcellen weten te veranderen in de primitieve voorstadia van eicellen. Deze doorbraak opent nieuwe mogelijkheden voor vrouwen die op natuurlijke wijze geen kinderen kunnen krijgen.

Het onderzoeksteam van de universiteit van Kyoto nam eerst bloedcellen van een vrouw af en zette ze om in stamcellen, die zich vaak vele malen kunnen delen en uitgroeien tot vrijwel alle celtypen van het lichaam.

Daarna werden de stamcellen in een kom met cellen uit de eierstokken van muizen geplaatst.

In die omgeving groeiden de stamcellen uit tot eicellen: binnen vier maanden waren ze zogeheten oögoniumcellen geworden, een primitief voorstadium van de eicel dat zich gewoonlijk bij meisjes al in de embryonale fase ontwikkelt.

Het is dus niet zo dat er al rijpe eicellen kunnen worden gemaakt, maar dat is volgens de onderzoekers slechts een kwestie van tijd.

Uit andere onderzoeken blijkt dat het in de toekomst wellicht ook mogelijk is om met vergelijkbare technieken zaadcellen te maken, wat betekent dat kinderloze stellen toch op biologische wijze kinderen kunnen krijgen, al maken ze zelf geen bruikbare eitjes of zaadcellen aan.

De technieken raken echter ook aan ethische vraagstukken. Zo kan iemand in principe de biologische moeder én vader van een kind zijn, en mogelijkerwijs zal de natuurlijke leeftijdsgrens voor het vermogen om kinderen te krijgen verdwijnen.