Auto's mogen sinds maandag voor het eerst in de geschiedenis zonder bestuurder de weg op. De zogenoemde ‘experimenteerwet’ maakt het mogelijk dat per 1 juli bedrijven en wetenschappers op de Nederlandse wegen zelfrijdende auto’s kunnen testen.
Dankzij de experimenteerwet hoeft er geen mens meer in de auto te zitten. Hij kan bijvoorbeeld ook op afstand bestuurd worden vanuit een controlekamer.
De kans dat je zo’n spookauto tegenkomt is vooralsnog klein. Tot nu toe heeft geen enkel bedrijf of onderzoeksinstituut zich gemeld om in Nederland daadwerkelijk met autonome auto’s te gaan testen. Toch komt daar waarschijnlijk gauw verandering in, want de belangstelling voor Nederland als proefgebied is groot.
Nederland is met zijn korte afstanden en vele laadpalen ideaal voor elektrische auto’s en alle huidige prototypes van autonome auto’s hébben elektrische aandrijving. Bovendien staat Nederland bekend om een hoog niveau van verkeersveiligheid, wat voor de dure testauto’s ook niet onbelangrijk is.
Wie met een robotauto de weg op wil, moet wel aan een aantal eisen voldoen. Allereerst dient een vergunning te worden aangevraagd bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Het ministerie laat vervolgens de RDW de betreffende auto technisch keuren, opdat de verkeersveiligheid niet in het gedrang komt.
Indien goedgekeurd, krijgt de betreffende auto desnoods een speciaal kenteken om hem eenvoudig herkenbaar te maken voor andere weggebruikers en bijvoorbeeld ook voor de politie. Betreft het een bestaand automodel, dan kan het testteam volstaan met het kenteken dat al op de auto zit. Maar gaat het om een compleet nieuw, experimenteel automodel, waarvoor nooit een typegoedkeuring is afgegeven, dan is een speciaal kenteken verplicht. Voor dat doel heeft de RDW een nieuwe kentekenserie aangemaakt die begint met 10-00-ZZ (daarna 10-01- ZZ etc.).
De zelfrijdende auto’s mogen uitsluitend rijden op van tevoren aangewezen trajecten. Indien in gebieden met ander druk verkeer wordt gereden, bijvoorbeeld te midden van veel fietsers en voetgangers, kan het verplicht worden om de auto extra herkenbaar te maken, bijvoorbeeld met zwaailichten of stickers. Maar de RDW kan er ook voor kiezen om de robotauto juist zo onherkenbaar mogelijk te houden.
Dan gaat het erom te voorkomen dat andere bestuurders erdoor worden afgeleid, want ook dat is een risico. De zelfrijdende auto mag tijdens de testritten in principe de geldende maximumsnelheid aanhouden, maar hem kan een lagere snelheid worden opgelegd als dat voor de plaatselijke verkeerssituatie veiliger is.
Autofabrikant BMW heeft alvast met een knipoog een mini-horrorfilm gemaakt, om de samenleving voor te bereiden op de komst van zelfrijdende auto’s.