Het is hartje winter, buiten lijkt het wel herfst, maar op het terrein van geiten- en schapenhouder Wim Twisk aan de Bakkumse Bleumerweg is de lente al begonnen. Daar zijn afgelopen week namelijk vier lammeren geboren. "Dat is inderdaad best vroeg", erkent Twisk.
De schapenhouder legt uit dat de vroege geboortes het gevolg zijn van een foutje in het bedrijfsproces. "Bij het laden van de lammeren is een van de rammen overgesprongen naar de ooien", legt hij uit waar het vorig jaar zomer misging.
Niemand die het had opgemerkt, en omdat bij lammeren het geslacht moeilijk in een oogopslag is vast te stellen, duurde het even voordat duidelijk werd dat er ram tussen de ooien zat.
Een ram is gemiddeld na zes maanden geslachtsrijp. "Eind augustus zagen we dat het niet helemaal klopte", gaat Twisk verder. Toen bleek dat enkele ooien drachtig waren, is de wolf in schaapskleren geïdentificeerd en bij de ooien weggehaald.
"Als onze rammen klaar zijn met dekken, gaan ze direct naar de handelaar. Die voert ze bij, want de godganse dag jagen, kost veel energie", legt hij uit.
De vier lammeren maken het goed. "We hebben inmiddels ook al een paar kleine geitjes, dus soms laten we ze bij elkaar."