Elektrisch rijden is momenteel duurder dan met een benzineauto op pad, meldt De Telegraaf vandaag. Dat komt volgens de krant door de torenhoge elektriciteitsprijs. Honderd kilometer in een benzineauto zou zo'n 15 euro kosten. In een elektrische auto is dit één euro duurder.
Dat meldt De Telegraaf op basis van de huidige elektriciteitsprijzen en de gemiddelde verbruikscijfers die de ANWB hanteert voor een middenklasse benzineauto.
'Moet financieel aantrekkelijk blijven'
Expert Roland Steinmetz van het bedrijf EVConsult noemt het een 'zeer onwenselijke situatie'. "Het is belangrijk dat elektrisch rijden financieel aantrekkelijk blijft", zegt hij.
Nederlanders die nog een vast energiecontract met oude tarieven hebben kunnen nog even profiteren van het voordeel dat een elektrische auto biedt, maar wie een nieuw variabel contract af moet sluiten (of dat al heeft gedaan) is met een elektrische wagen duurder uit dan met een benzineauto.
Volgens Steinmetz laten veel elektrische rijders hun eigen laadpaal nu al links liggen, omdat bij openbare laadpalen het tarief lager is. "Maar dat prijsverschil kan niet voortduren", legt hij aan De Telegraaf uit.
Marco Eenennaam, expert elektrisch rijden bij de ANWB, zegt tegen de krant dat openbare laadpalen dankzij gemeenten en provincies vaak een maximale prijs hebben. Daarom liggen de prijzen daar lager.
Met een ANWB-pas kan je nu nog bij deze laadpalen terecht voor 0,36 euro per kWh. En dat terwijl het variabele elektriciteitstarief momenteel gemiddeld 0,77 euro per kWh is. Een gemiddelde stekkerauto gebruikt per 100 kilometer zo'n 21 kWh.
"Dat de energieprijs zo omhoog zou schieten, had niemand natuurlijk gedacht", zegt expert Steinmetz. "Partijen moeten gaan kijken hoe ze de kosten gaan verdelen."
Ook Eenennaam van de ANWB denkt dat de tarieven bij laadpalen op den duur omhoog gaan. Wel benadrukt hij dat goedkoop elektrisch laden mogelijk blijft, bijvoorbeeld met zonnepanelen.