Ze moeten in Polen even raar opgekeken hebben toen ze eind augustus het skelet van een jonge vrouw uit de zeventiende eeuw terugvonden. Afgezien van de mooie archeologische vondst niets speciaal, ware het niet dat haar lichaam was beveiligd met een scherpe sikkel of zeis om haar nek en een hangslot aan haar voeten. Dat alles zodat ze zeker niet zou terugkeren uit de dood. Volgens de bevolking was ze immers een vampier.
Vampieren bleken bijna dagelijkse kost in het zeventiende eeuwse Europa. De geschiedenisboeken leren ons dat er sprake was van een heuse vampierenepidemie. De beschuldigingen volgden elkaar aan een moordend tempo op. Veel onschuldige mensen stierven als gevolg van deze vampierenjacht. Ze werden verbrand, met stenen bedolven, of het hoofd en de benen werden afgehakt.
Dat alles om te voorkomen dat een vampier zou terugkeren uit de dood, iets waar de toenmalige bevolking een enorme schrik voor had. Dat is ook de reden waarom het skelet dat eind augustus in Polen opgegraven werd, voorzien was van zulke draconische veiligheidsmaatregelen. Volgens een oud bijgeloof moest het scherpe lemmet van de zeis of sikkel voorkomen dat de jonge vrouw zou terugkeren. «Het hoofd zou hoogstwaarschijnlijk afgehakt of minstens verwond worden zodra de overledene zou proberen om op te staan uit de dood», aldus onderzoeksleider Dariusz Polinski, professor aan de Nicolaus Copernicus University in Torun, Polen.
Waarom dit skelet dan nog compleet is, heeft de jonge zeventiende eeuwse vrouw waarschijnlijk te danken aan haar sociale status. In het graf werd ook een zijden sjaal teruggevonden die gemaakt was van goud- en zilverdraad. Maar volgens onderzoekers werd een opvallend grote voortand uiteindelijk haar dood. Iedereen die een beetje anders was, werd beschuldigd van hekserij of vampierpraktijken.