De geluidjes zijn uiteraard allebei even schattig, maar ze zijn wel anders. Jongetjes tot een jaar produceren meer geluid dan meisjes tot een jaar. Dat blijkt uit Amerikaans onderzoek. Hoewel meisjes sneller leren praten, weten jongens de volumeknop beter te vinden. En dat is niet voor niks.
De onderzoekers denken dat dit komt omdat er statistisch gezien iets meer jongetjes dan meisjes voor het eerste levensjaar overlijden. Jongetjes zouden evolutionair gezien iets harder schreeuwen om meer aandacht te krijgen en zo betere overlevingskansen te hebben. Dat blijkt uit het onderzoek dat deze week gepubliceerd is in iScience.
Volgens auteur en verloskundige Beatrijs Smulders hebben pasgeboren baby’s heel veel reflexen die uit de evolutie zijn overgebleven om te overleven. “Wanneer baby’s geboren worden zie je het moro-reflex”, zegt ze tegen Editie NL. Dat wordt ook wel het schrikreflex genoemd: de baby spreidt de handen en armen omhoog. “Dit is elementair aanwezig van toen we nog in het apenstadium waren. Het was belangrijk om je vast te grijpen aan je moeder.”
En zo zijn er meer overlevingsmechanismen. “Huilen is een manier om voeding te krijgen, en lachen is ook een overlevingsstrategie. Het maakt endorfine aan bij de moeder, wat de hechting tussen moeder en kind verhoogt. Hierdoor krijgt het kindje liefdevolle aandacht.”
Mensen evolueren om als soort beter te kunnen overleven. “Evolutie kan je eigenlijk zien als een heel geleidelijke verandering van soorten over de tijd”, zegt bioloog Mátyás Bittenbinder van Naturalis en de VU.
Soorten (en dus ook mensen) doen er alles aan om te overleven. Baby’s leren om aandacht te vragen van de moeder om te overleven. En die reflexen gaan mee in de evolutie. “Een ander goed voorbeeld van evolutie bij de mens is het gebruik van gereedschap”, gaat Bittenbinder verder. “We zijn in de loop der tijd heel goed geworden in het slijpen van stenen, waardoor we als mens beter konden overleven.”
Dat geldt overigens ook voor dieren. “Door kleine aanpassingen in het DNA verandert de soort. De pauw met de mooiste veren heeft de beste kans om te paren, en om zich dus voort te planten. Wat ervoor zorgt dat die kleine verandering in het DNA steeds wordt doorgegeven. Zo worden mannelijke pauwen steeds mooier.”