Een kleine negentig jaar geleden woedde de Eerste Wereldoorlog over Europa, zo ook in de Balkan. Nabij de Griekse grens ligt Gradesnica, een klein Macedonisch dorpje waar de bewoners 15 jaar geleden het eerste vocht der goden opgroeven, Franse Cognac, gerijpt op fles sinds 1916. Sindsdien zijn er nog verscheidene kisten uit de loopgraven naar boven gekomen, naar schatting van dorpelingen zijn er tot nog toe 24 flessen gevonden. Het verhaal gaat dat de Fransen door een Duitse granaat werden verrast tijdens de strijd tegen de Centralen, aan de ene kant de Duitsers en Bulgaren, aan de andere kant hun makkers in de strijd, de Serven, hun enige nalatenschap was een rantsoen cognac en wijn. "De wijn zal ongetwijfeld ondrinkbaar zijn", aldus Mihail Petkov, professor wijnbouw en -cultuur aan de Universiteit van Skopje "maar de cognac zal alleen maar beter zijn geworden". Dit kan de 64-jarige Stefan Kovacevski volmondig toegeven, hij en zijn vrienden durfden eerst niet van de stroperige vloeistof te drinken maar na eenmaal geproefd te hebben constateerden de vinders dat ze een godendrank hadden opgegraven.