Twee dierenbeschermingsorganisaties, Varkens in Nood en de stichting Dier en Recht, hebben woensdag aangifte gedaan van wrede behandeling van biggen tijdens een transport van Nederland naar Spanje. De Algemene Inspectiedienst bekijkt of er sprake is van strafbare feiten en of er vervolging wordt ingesteld.
Van de 972 biggen kwamen er 13 dood aan in Spanje, na een reis in een hete vrachtwagen, zonder water en te dicht opeen gepakt. Drie ‘inspecteurs’ van de twee stichtingen hadden het veetransport gevolgd vanaf Langres in Frankrijk en meldden hun bevindingen hierover woensdag in het AD.
Ze konden opnamen maken en tijdens stops in de vrachtwagen kijken. Die video’s zijn te bekijken.
Wyno Zwanenburg, voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Varkenshouders, is ook geschrokken van de beelden. ‘Hier moet een onderzoek naar komen.’
Volgens hem gaat het om een incident. Hans Baaij, directeur van Varkens in Nood, zegt dat deze wantoestanden bij veetransport eerder regel zijn dan uitzondering. ‘We gaan dit soort inspecties vaker doen.’
Zwanenburg stelt dat veterinaire ambtenaren de belading controleren, evenals de gezondheid van de dieren en de inrichting van de vrachtwagen. ‘Het klinkt cru, maar als dit gangbare praktijk is dan zouden de Spanjaarden deze biggen niet willen hebben. Ze zouden moeten bijvoeren, langer mesten om ze op gewicht te krijgen en medicijnen toedienen.’
Baaij zegt echter dat 10 tot 20 procent meer biggen in een vrachtwagen proppen lonend is voor de transporteur. ‘Een aantal dode dieren wordt voor lief genomen, want uiteindelijk verdient hij meer.’
Zwanenburg zegt dat de controle nog beter moet, als mocht blijken dat dit geen incident is. Hij wijst erop dat nieuwe vrachtwagens vanaf volgend jaar verplicht een gps moeten hebben, zodat de route gevolgd kan worden. Bovendien moet er een temperatuur-registratie zijn.
Baaij vindt dat er ook een camera in de vrachtwagens moet hangen, zodat elders bekeken kan worden wat zich binnen afspeelt. Zwanenburg: ‘En wie bekijkt die beelden dan? Straks gaan ze nog zeggen dat het beter is dat er iemand meegaat achterin de bak.’