Inwoners van een Maleisisch vissersdorp dachten dé oplossing gevonden te hebben om af te komen van de talrijke rondzwervende honden. Ze brachten zowat driehonderd viervoeters naar een onbewoond eilandje. Omdat de honden daar niet voldoende voedsel vonden, aten ze elkaar op. De dorpelingen van Pulau Ketam zeggen dat het niet hun bedoeling was de honden tot kannibalisme te drijven. Dierenrechtenactivisten staan evenwel op hun achterste poten. Naar verluidt hebben verscheidene honden geprobeerd naar het vasteland terug te zwemmen. Met de boot is dit een tocht van een half uur. Op het eilandje zijn naar verluidt tientallen hondenkarkassen aangetroffen. Het gehuil van honden die elkaar verscheuren zou niet aan te horen zijn geweest. Vrijwilligers hebben tot dusver amper twee dieren van het eiland gered en hebben voedsel achtergelaten voor de overblijvende honden. Ze vermoeden dat er nog zo'n tweehonderd op het eilandje ronddolen. De reddingsoperatie verloopt moelijk, doordat de honden erg bang geworden zijn voor mensen. Activisten hebben de lokale bevolking ertoe aangezet geen honden meer te dumpen op het eiland. Er wordt overwogen om de dieren te steriliseren en naar andere oorden over te brengen. In en rond het vissersdorpje Pulau Ketam lopen zowat tweeduizend honden rond. Ze zouden al meermaals kinderen aangevallen hebben.