Dat je in China maar één kind mag krijgen, is bekend. Maar wat de gevolgen daarvan kunnen zijn, staat vandaag in de Chinese staatskrant China Daily: baby’s worden onvrijwillig afgestaan en vervolgens door buitenlanders geadopteerd. Sinds 2001 is dat meer dan 80 Chinese baby’s overkomen uit de Zuid-Chinese provincie Guizhou. Ze werden door ambtenaren van de burgelijke staat weggenomen van hun ouders. Die hadden volgens de Chinese regels geen recht op de kinderen. De baby’s kwamen terecht in een weeshuis, dat volgens China Daily de kinderen als wezen registreerde en ter adoptie aanbod. Buitenlandse adoptieouders betaalden vervolgens fors voor de kinderen en het weeshuis deelde de opbrengst met de lokale overheden. Van de kinderen, enkel meisjes die voor de prijs van 2.200 euro per kind werden verkocht, kwam er minstens één in Nederland terecht, aldus de China Daily. In China geldt sinds de zogenoemde één-kindpolitiek: ieder gezin mag slechts één kind krijgen. Wanneer de regel wordt overschreden, moet er een boete van ongeveer 20.000 yuan (2.000 euro) worden betaald. Sommige rijke stedelingen hebben dat geld er wel voor over. Maar een boer uit de provincie Guizhou verdient misschien minder dan 500 euro per jaar. De reden dat ze toch meer dan één kind krijgen, is de wens om een jongetje te krijgen, waardoor ze verzekerd zijn van een goede oude dag. Het Belgische tv-programma Panorama maakte een documentaire over de eenkind-politiek en de positie van de vrouw in China.