Een pasgeboren Britse baby leek geen lang leven meer te hebben toen artsen ontdekten dat hij een groot gat in zijn hartje had. Toch wisten specialisten hem te redden. De baby van 16 weken moest een zware operatie ondergaan, met ernstige complicaties tot gevolg. Britse dokters besloten het kindje te 'bevriezen', en dat bleek een goede zet. Na de operatie klopte het hartje van de baby met 200 slagen per minuut. Omdat een te hoge hartslag fataal kan zijn na zo'n zware operatie, besloten de dokters het hartje aan een pacemaker te leggen. Ook lieten ze door middel van een speciale koeldeken de lichaamstemperatuur zakken tot 33,4 °C. Op die manier hoopten de artsen de hartslag te stabiliseren en de belangrijkste organen te beschermen.
De opzet was geslaagd: na vier dagen kreeg het jongetje een normale hartslag. De 27-jarige moeder is opgelucht. "We dachten echt dat we hem zouden verliezen. Zijn hartje klopte erg snel en we hebben gebeden dat hij het zou halen. We zijn erg opgelucht." Het jongetje maakt het momenteel goed.