Hoewel Nederlandse automobilisten minder vaak met alcohol achter het stuur zitten dan de inwoners van de overige EU-inwoners, rijdt men in het kikkerlandje wel vaker onder invloed van geest verruimende middelen. Uit een Europese onderzoek DRUID, waaraan de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV heeft meegewerkt blijkt dat minder dan 1 % van de Nederlanders met 0,5 promille of meer alcohol in het bloed achter het stuur zit. Ook het aantal bestuurder die onder invloed van slaap- of kalmeringsmiddelen achter het stuur plaats neemt ligt ver onder het EU gemiddelde.
Een voertuig besturen na het gebruik van cannabis begint al 'gewoner' te worden. Ligt het in de EU-gemiddelde op 1,32%, stapt 1,67% van de Nederlanders na een joint gerookt te hebben gewoon in de auto. Ook amfetamine gebruikende Nederlanders stappen makkelijker achter het stuur.
Hoewel niet exact kan worden vastgesteld wat de samenhang is op het rijden na het gebruik van drugs en de kans op een ongeval, is er volgens de wetenschappers wel degelijk een groter gevaar voor de verkeersveiligheid.
Hoewel het enkelvoudig gebruik van cannabis niet tot ernstige risicoverhoging lijkt te leiden, wijst de SWOV wél op de zeer hoge risico’s van cannabis in combinatie met alcohol en in combinatie met andere drugs. De SWOV beveelt daarom aan om via voorlichting speciaal op de gevaren van die combinatie te wijzen.