Archeologen in Pyongyang hebben de vondst van een hol van het mythische dier de eenhoorn 'recentelijk herbevestigd', zo wordt gemeld door het KCNA (Korean Central News Agency), het officiële staatspersbureau van Noord-Korea. Normaal gesproken komt er van de KCNA alleen maar nieuws over de onwaarschijnlijke wetenschappelijke prestaties van Noord-Koreaanse wetenschappers, en de liefde die het volk voelt voor de leiders. Het zou gaan om het hol van een van de eenhoorns die werd bereden door de oude Koreaanse koning Tongmyong. Hij was de grondlegger van een konininkrijk dat delen van China en het Koreaanse schiereiland omvatte van de derde eeuw voor Christus tot de zevende eeuw na Christus. Volgens Jo Hui Sung, directeur van het Archeologische Historische Instituut van Noord-Korea, wordt er in de oude geschiedenisboeken al over dit hol gesproken. Het hol zou zich 200 meter van een tempel bevinden. Vlak voor het nest zou een rechthoekige rots staan met daarop de inscriptie 'Eenhoornhol'. 'Deze inscriptie stamt vermoedelijk uit de periode van het Koryo Koninkrijk (918-1392)', meldt het KCNA.