2.500 wietplanten, 900 stekken en 8 kilo henneptoppen. Twee kwekers, een man en een vrouw uit Groningen, kwamen er zonder straf mee weg. Volgens de rechtbank in Groningen past de teelt en de handel van de twee namelijk precies binnen het gedoogbeleid.
Ze teelden biologisch, hielden hun administratie netjes bij en leverden alleen wiet aan coffeeshops, die door de gemeente Bierum zijn goedgekeurd.
Het Openbaar Ministerie eiste werkstraffen tegen de kwekers, nadat hun plantages in Bellingwolde en Bierum waren opgerold. En hoewel de rechtbank zegt dat de twee schuldig zijn aan hennepteelt, worden ze niet veroordeeld.
De verdachten vinden dat het gedoogbeleid niet klopt en de rechtbank snapt dat wel. "Nu de verkoop van softdrugs gedoogd wordt vanuit coffeeshops, moeten die coffeeshops natuurlijk ook bevoorraad worden. En dus moet er teelt zijn. Over de vraag hoe die bevoorrading dan plaats moet vinden, laat het beleid zich niet uit", zegt de rechter in zijn uitspraak.
De man van 49 en de vrouw van 39 waren volgens de rechter altijd heel open over hun teelt tegen de politie, het OM en de Belastingdienst. Ze hadden de planten al sinds 2009. Hun advocaat vindt de uitspraak terecht, zegt hij tegen RTV Noord. "Ze betalen een hoge stroomrekening en hun belastingen en hebben geen banden met het criminele circuit."
De uitspraak van de rechter is volgens hem ook vooral een principekwestie: "De achterdeur staat nu open voor coffeeshops. Als de rechtbank had gezegd dat dit niet mocht, dan was de conclusie geweest dat coffeeshops hun producten in de toekomst alleen nog maar bij georganiseerde criminaliteit kunnen afnemen."
Het Openbaar Ministerie bestudeert de uitspraak nog en weet nog niet of het in beroep gaat.