De erfgenamen van Adolf Hitlers minister van Propaganda, Joseph Goebbels, dagen een uitgever voor de rechter voor gebruik van citaten uit Goebbels' dagboeken. De citaten staan afgedrukt in een biografie van de hand van de Duitse historicus Peter Longerich. Volgende maand verschijnt de Engelstalige versie.

Uitgever Random House werd gebeld door Cordula Schacht, een dochter van de nazi-minister van Economische Zaken en latere president van de Reichsbank Hjalmar Schacht. Zij is advocate en vertegenwoordigt de erfgenamen. In het telefoongesprek zei zij dat de erfgenamen geld willen voor het gebruik van de citaten.

Een woordvoerder van de uitgever zegt in The Guardian dat de uitgever om principiële redenen geen geld voor het werk van een oorlogsmisdadiger wil afdragen. "Ik wilde niet geloven dat iemand geld vraagt voor de woorden van Goebbels."

Verwijzend naar een passage in de dagboeken stelt Random House verder dat de deelstaat Beieren eigenlijk het auteursrecht op de dagboeken zou moeten hebben. Omdat een contract tijdens een bombardement verloren is gegaan, zijn de rechten na de oorlog bij Goebbels' erfgenamen terechtgekomen.

Random House stelde nog voor om het geld aan een liefdadigheidsinstelling over te maken, één die met de Holocaust te maken heeft, maar Schacht wees dat af. Zij wilde tegenover de krant geen reactie geven.

Joseph en Magda Goebbels hadden samen zes kinderen. Zij vermoordden hen in de laatste dagen van de oorlog en pleegden daarna zelfmoord. Magda Goebbels had uit een eerder huwelijk nog een zoon. Hij stierf in 1967.

De zaak dient op 23 april in München. Ook de drukker is gedaagd. Wie de erfgenamen zijn die advocate Schacht vertegenwoordigt is niet duidelijk.