Dierenmummies waren in het Oude Egypte zo populair, dat ze vaak helemaal geen dierlijke resten bevatten. Producenten konden de vraag namelijk niet bijbenen. Dat blijkt uit scanonderzoek op 800 mummies.

Zeventig miljoen: zoveel dieren hebben de oude Egyptenaren gemummificeerd, schatten archeologen. Wetenschappers van de University of Manchester (VK) hebben nu achthonderd van zulke dierenmummies onder de x-ray- en CT-scanner gelegd. Ze kwamen tot een opvallende vaststelling: liefst een derde van de mummies bevat niets van dierlijk materiaal – op wat eierschalen en veren na. Nog een derde bevatte een deel dierlijke resten, en alleen bij het resterende derde deel ging het daadwerkelijk om volledig gemummificeerde dieren.

De onderzoekers vermoeden dat de immense populariteit van dierenmummies in het Oude Egypte daar voor veel tussen zit. De vraag was er groter dan het aanbod, zo klinkt het. Daardoor werden fabrikanten verplicht om de mummies te ‘vervalsen’. Al is vervalsen misschien sterk uitgedrukt, want mogelijk waren de mensen die de mummies aanschaften daarvan op de hoogte.

Honden, katten, apen, krokodillen
Vele dieren werden in het Oude Egypte als goden aanbeden. Daarom waren dergelijke mummies ook zo populair. Ze vormden voor de gewone man en vrouw een soort verbinding met het hiernamaals.

De afgelopen decennia ontdekten archeologen in totaal een dertigtal grafkelders volgestouwd met dierenmummies. Elke tombe is voorbehouden aan één bepaalde soort, zoals honden, katten, apen of zelfs krokodillen. Doordat er zo immens veel dierenmummies waren, vermoeden de onderzoekers dat de Egyptenaren ze op industriėle schaal produceerden. Daarbij kweekten ze de dieren om ze al op jonge leeftijd te slachten en te mummificeren.