Het Drents Museum in Assen wil proberen om de tanden terug te vinden van het bekendste veenlijk van Nederland, het Meisje van Yde. Het veenlijkje had nog een compleet gebit toen het werd gevonden bij het Noorddrentse dorp in mei 1897, maar heeft sindsdien nog maar één tand over.
,,Misschien zijn ze verloren gegaan, misschien heeft iemand ze indertijd meegenomen uit nieuwsgierigheid of als souvenir en zijn ze nog ergens bewaard”, zei conservator archeologie Vincent van Vilsteren van het museum maandag. De kans dat de tanden na bijna 120 jaar alsnog boven water komen, noemde hij ,,eigenlijk alleen theoretisch”. ,,Maar je weet het nooit. Je ziet wel vaker dat er ook na lange tijd toch nog voorwerpen opduiken.”
Gezichtsreconstructie uit de jaren ’90.
Volgens museumdirecteur Annabelle Birnie heeft de zoektocht ook een onderliggende boodschap. ,,We willen mensen bewuster maken als ze een archeologische vondst doen.”
Het Meisje van Yde – 140 centimeter lang – is waarschijnlijk rond het begin van de jaartelling gestorven toen ze zestien jaar was. Haar dood was gewelddadig: ze is gestraft of geofferd. Het veenlijkje werd vooral bekend door de reconstructie van het gezicht in de jaren negentig.