Wat hebben de hemel, de zee, bosbessen, koninklijk bloed en het logo van Metro gemeen? Ze zijn allemaal blauw, maar wist je dat deze kleur vroeger niet bestond? Onze voorouders waren niet kleurenblind, ze hadden er gewoon geen woord voor waardoor ze de kleur niet konden onderscheiden.
Taalhistoricus Lazarus Geiger ontdekte dat in het Grieks, Chinees, Japans en Hebreeuws het eerste woord voor een kleur rood was, gevolgd door geel en groen. Pas op het einde van het rijtje duikt blauw op. Zo beschrijft Homerus in de Odyssee de zee als wijndonker en nergens in het boek neemt hij het woord ‘blauw’ in de mond.
Bovendien hebben onderzoekers ontdekt dat als mensen het woord blauw niet kennen, ze de kleur ook niet zagen. Deze theorie werd onder meer getest door Jules Davidoff. De wetenschapper trok naar de Himba-stam in Namibië en gaf de stamleden een diagram vol groene vlakken en één blauw vlak. Iedereen kreeg de opdracht om dat blauwe vlak aan te wijzen, maar alle proefpersonen moesten heel lang nadenken. Een groot aantal kon de taak zelfs niet uitvoeren.
Opvallend is dat de stam een hele resem woorden heeft om de kleur groen te omschrijven. Als ze een plaatje kregen vol groene vlakken waarin eentje een minieme tint lichter was, konden ze zonder probleem het afwijkende vierkant vinden. Davidoff besluit dat als mensen geen woord voor een kleur hebben, het veel moeilijker is om de kleur op te merken.