De Noord en Zuidkant van de Overcingeltunnel in Assen waren tot vrijdag nog gescheiden door één stuk grond van een meter dik. Met een feestelijk moment werd het laatste stuk vrijdagmiddag doorgebroken. Aan uitvoerder André Luesink de eer. Of toch niet?

Wie ooit van plan was de jongens van bouwbedrijf BAM in het ootje te nemen, heroverweeg dat. Ze pakken iemand terug wanneer het het minst uitkomt. Dat merkte ook uitvoerder André Luesink die donderdagmiddag symbolisch de muur van de Overcingeltunnel mocht doorbreken. Met een voorhamer zou hij een geprepareerde plek doorslaan. Daarmee zijn de Noord en de Zuidkant van de tunnel verbonden. Een grote stap in het project.

Maar ja, dan had Luesink niet dat geintje met die leidingen uit moeten halen. Het zit zo: toen voorman Hennie Kohl een tijd geleden de pompkelder wilde volstorten met beton, besloot Luesink een kwartier voor tijd de leidingen te testen, ook al zei Kohl dat hij dat niet moest doen. ,,Kan niet misgaan, dacht ik’’, zegt Luesink. Kohl: ,,En ja hoor, het ging wel mis: al het water en zand kwam in de kist. Toen konden we dat er eerst uithalen. Ik was zo kwaad!’’

Dus dat uitgerekend Luesink de muur mocht doorbreken in het bijzijn van alle bobo’s, daar wisten Kohl en zijn mannen wel raad mee. Kohl, met de tranen op voorhand in zijn ogen: ,,We hebben de verkeerde plek aangewezen.’’ Dus slaat Luesink zich op het moment suprême een ongeluk, en komt hij er voor al die aanwezigen niet doorheen. ,,Ik wilde niet opgeven om me niet te laten kennen’’, zegt hij achteraf.

Dan wordt hij op de juist plek gewezen en met één hamerslag is daar het gat naar de andere kant. Kohl roept het gelijk: ,,Die had je nog tegoed jongen!’'
Foto