Noord-Korea is eind mei voorzitter van een VN-conferentie over de gevaren van kernwapens en de verspreiding ervan. De bizarre benoeming is een bewijs van de kloof tussen het uitgedragen ideaal en de werkelijkheid op de VN-burelen, schrijft Robbert de Witt.

Het is op zich een mooi streven van de Verenigde Naties (VN) om vanaf eind mei vier weken te gaan praten over de gevaren van kernwapens en de verspreiding ervan tegen te gaan. Zulke massavernietigingswapens kunnen immers enorme schade aanrichten, zeker als de verkeerde landen ze in handen krijgen.

Zoals Noord-Korea bijvoorbeeld, het land dat nota bene als voorzitter van de conferentie is aangewezen. Dit land ‘was in het roulatiesysteem nu eenmaal aan de beurt’. Maar er is geen ander land dat zo openlijk bezig is een eigen atoombom te ontwikkelen. Tot ontzetting van buurlanden worden er al sinds de jaren negentig atoomproeven gehouden. Met steeds meer succes.

Noord-Korea tot voorzitter maken is geen handige zet om Kim Jong-un met zijn eigen gedrag te confronteren. Werkte het maar zo. Boevenstaten als China, Cuba en Venezuela verbeteren hun gedrag ook nooit als ze zitting mogen nemen in de Mensenrechtenraad van de VN. De bizarre benoeming is eerder opnieuw een bewijs van de diepe kloof tussen het uitgedragen ideaal en de werkelijkheid op de VN-burelen.