Studenten strijden zaterdag om het Nederlands kampioenschap vliegtuigjes vouwen. Het blijkt bittere ernst voor de deelnemers. De succesformule? ‘Goed concentreren en zeker geen alcohol drinken.’

Daan Crefcoeur (26) liep met vrienden door de Groningse binnenstad toen hij een uithangbord zag voor de voorrondes van het Nederlands kampioenschap papieren vliegtuigjes vouwen. Hij besloot voor de lol een poging te wagen, zijn gevouwen A4’tje zweefde bijna vijf seconden door de lucht. Genoeg voor de winst in zijn regio, bleek uren later.
Afbeelding

“Het was puur geluk”, zegt Crefcoeur over zijn winnende worp. “De andere deelnemers waren echte vliegtuigfanaten en technische studenten die het heel serieus namen. Ik weet wel iets van aerodynamica, maar heb media en entertainment gestudeerd.” Hij schatte zijn kansen zo laag in, dat hij al naar huis was toen de jury belde met de vraag of hij terug kon komen voor een foto op het podium.

Deze zaterdag staat hij aan de start van het Nederlands kampioenschap vliegtuigjes vouwen in Halfweg, Noord-Holland. Tientallen deelnemers strijden in de categorieën ‘langste vliegtijd’, ‘verste worp’ en ‘meest creatieve vlucht’ voor een plaats op de wereldkampioenschappen in Salzburg, georganiseerd door Red Bull.

Omdat al zijn vrienden komen kijken en een tripje naar Oostenrijk lonkt, heeft Crefcoeur het ditmaal wat serieuzer aangepakt. “Ik heb deze week een sporthal afgehuurd, een pak A4’tjes meegenomen en in mijn eentje urenlang vliegtuigjes staan gooien. Op YouTube heb ik alle mogelijke instructievideo’s gekeken. Ik ben inmiddels zelf ook een fanaat geworden.”

Strakke lijnen vouwen
Na al zijn voorbereidingen legt Crefcoeur graag uit hoe je het beste vliegtuigje voor een lange zweeftijd kunt maken. “Ten eerste moet je hele strakke lijnen vouwen. De puntjes moeten precies op elkaar aansluiten, zo behoudt het vliegtuig zijn vorm. Maak brede vleugels voor het zweven en zorg ervoor dat evenwichtspunt iets voor het midden ligt. Dan blijft hij steeds een beetje wind pakken.” Daarnaast is ook het gooien belangrijk. “Het vliegtuig moet eerst bijna recht omhoog, en vervolgens met de punt naar beneden dalen zodat er lucht onder de vleugels komt. Precies zoals een echt vliegtuig werkt.”

Tijdens het Nederlands kampioenschap geeft wetenschapsjournalist en natuurkundige Adriaan ter Braack uitleg over de wetenschap achter het vliegtuigjes gooien. Zelf is hij er door veel te oefenen ook goed in geworden. “De creatie moet zo lang mogelijk de zwaartekracht compenseren door van de opwaartse kracht gebruik te maken. Daarom moeten de vleugels goed staan, zo wil het vliegtuigje omhoog.” Ook krijgt het papieren vliegtuig net als een echte Boeing te maken met luchtwrijving en voorwaartse kracht door de worp. “Het gaat om dezelfde natuurkundige principes”, zegt Ter Braack.

Toch denkt Ter Braack niet dat de top van de wetenschappelijke aerodynamica met een schuin oog naar dit NK zal kijken. “Hoewel de deelnemers het heel serieus nemen, heeft het natuurlijk ook een Te land, ter zee en in de lucht-sfeertje.” Toch laten de wereldrecords bij het vliegtuigjes vouwen ook zien hoe ernstig men het neemt. Bij het zweven bleef een creatie ooit 29 seconden in de lucht, morgen verwacht Ter Braack een winnaar met een score rond de 8 seconden. “Dat is echt al krankzinnig lang en heel knap.”

Ondertussen twijfelt Daan Crefcoeur nog over de te kiezen vouwtechniek. “Van al het oefenen ben ik niets wijzer geworden. Geen vliegtuigje ging verder dan tijdens de voorronde in Groningen, dus blijf maar bij het originele ontwerp.” Nu de wedstrijd voor de deur staat wil hij zijn vrienden niet teleurstellen. “Ik ga mij goed concentreren en zeker geen alcohol drinken, een dagje professioneel blijven moet lukken.”

Over de afloop van de wedstrijd durft Crefcoeur nog niet teveel na te denken. “Wie weet wat er mogelijk is, misschien kunnen we zelfs wel naar het WK in Oostenrijk. Dat zou fantastisch zijn.” Toch zal hij niet al te teleurgesteld zijn, mocht dat allemaal niet lukken. “Wat er ook gebeurt, het is voor altijd een goed verhaal voor in de kroeg.”