“Lichaamsbouw speelt een grote rol of je al dan niet goed tegen de warmte kan”, zegt Hein Daanen, professor in environmental exercise physiology aan de Vrije Universiteit Amsterdam tegen HLN. “In het algemeen hebben lange en magere mensen een relatief groot uitwisselingsoppervlak om warmte kwijt te raken ten opzichte van mensen die obees zijn. Wat je ook ziet, is dat sommige mensen makkelijker zweten dan anderen. Wie moeite heeft om zweet te produceren, kan daardoor minder afkoelen en dat maakt dat hij of zij meer gevoelig is voor warmte. Deels is dat genetisch bepaald.”

“Mannen kunnen meestal meer zweet produceren en verdampen dan vrouwen”, zegt hij. “Vrouwen hebben dan weer een iets warmere huid om hun lichaamswarmte kwijt te geraken, maar vrouwen hebben doorgaans meer moeite met hitte dan mannen. We zien dat terug in de sterfstatistieken. Bij extreme hitte sterven relatief meer vrouwen dan mannen.”

“Elke liter zweet die in een uur verdampt, geeft 650 Watt aan koeling”, zegt Daanen. “Het wereldrecord staat op 3,07 liter per uur en staat op naam van marathonloper Alberto Salazar. Dat is toen geregistreerd in een laboratorium waar we alle soorten klimaten zoals een jungleklimaat of een woestijnklimaat kunnen simuleren. Het zwakke punt is dat een mens niet in staat is om dat aan te vullen, want dat is gelimiteerd tot 1 liter per uur. Als je zware inspanningen levert, dan droog je altijd uit.”