Het aantal ultrakorte vluchten van en naar Nederlandse luchthavens blijft stijgen. Privévliegtuigen van zakenmensen en de overheid vliegen honderden extreem korte vluchten per jaar. Bijvoorbeeld van Amsterdam naar Rotterdam, met een grote belasting voor het milieu tot gevolg.

RTL Nieuws inventariseerde de vliegbewegingen op basis van data van Flightradar en WingX. In totaal waren er in Nederland tot en met augustus dit jaar 1868 privévluchten van minder dan 200 kilometer. Dat zijn bijvoorbeeld vluchten van Amsterdam naar Rotterdam (51km), Maastricht-Luik (44km) of Eindhoven-Antwerpen (80km). Dit jaar zijn er al 28 procent meer van dit soort korte vluchten dan in dezelfde periode in 2019.

De ultrakorte vluchten maken 9 procent uit van het totaal aan privévluchten. In de eerste 8 maanden van dit jaar telden Nederlandse luchthavens 21.653 privévluchten, een stijging van 38 procent vergeleken met 2019.

Ook de Nederlandse regeringstoestellen vliegen regelmatig tussen Nederlandse luchthavens, dit jaar al zeker 26 keer. Dat gebeurt meestal om een minister op te halen, om die vervolgens naar de uiteindelijke bestemming te vliegen. De overheid heeft één zakenjet gestationeerd in Amsterdam, en één in Eindhoven.

Zo bracht het vliegtuig de PH-GOV op 14 maart dit jaar minister Ollongren van Defensie naar Londen vanuit Amsterdam. Maar op de terugweg werd ze afgezet in Rotterdam, waarna deze Boeing 737 leeg terugvloog naar Schiphol. Het andere toestel, een Gulfstream, vloog op 14 april eerst leeg vanuit Eindhoven naar Rotterdam, om vanuit daar naar Bulgarije te vliegen. Op de terugweg vloog men eerst weer terug naar Rotterdam, om dan weer leeg naar Eindhoven te gaan.

In een reactie zegt Defensie dat het gebruikelijk is om bewindspersonen op te halen op doorreis naar een buitenlandse bestemming. "De reden dat men niet opstapt op Vliegbasis Eindhoven is vanwege het feit dat de meeste passagiers een functionele relatie hebben met Den Haag. Door daar op te stappen, kan hun tijd efficiënter ingedeeld worden", aldus een woordvoerder van het ministerie van Defensie.

Uit gegevens blijkt dat dit niet alleen in 2022 is gebeurd. De afgelopen jaren vlogen de regeringstoestellen vaker zonder passagiers tussen Nederlandse luchthavens.

Korte vluchten leveren een grote belasting op voor het milieu, stelt universitair docent Joris Melkert. Hij is als luchtvaartdeskundige verbonden aan de TU Delft. Voor een tochtje Amsterdam-Rotterdam verbruikt de PH-GOV ongeveer 1000 tot 1200 liter kerosine. En dat terwijl vertrek vanaf Rotterdam Airport voor een minister vanuit Den Haag slechts 20 minuten reistijd scheelt ten opzichte van een vertrek vanaf Schiphol.

Vanuit milieuoogpunt is zo'n korte vlucht niet verstandig, stelt Melkert. "Dan zou je zeggen: laat de minister dan even naar Amsterdam rijden met zijn dienstauto, dan heb je veel minder uitstoot." Want zo'n ritje met de auto betekent een uitstoot van zo'n 8,5 kilo CO2, terwijl het regeringstoestel naar Rotterdam laten komen ongeveer 2500 kilo CO2 kost.

Volgens Melkert is het zaak om efficiënter om te gaan met privé-toestellen, zodat de nadelen van deze vorm van transport kleiner worden. "Probeer in de planning bij het vertrek van dit soort vluchten rekening te houden met minimale milieu-impact. Probeer ook zoveel mogelijk mensen tegelijk mee te nemen op zo’n vlucht. En probeer de vliegtuigen niet leeg te laten vliegen. Dat is helemáál zonde."

Mark Rutte en Rob Jetten vlogen dit jaar met het regeringstoestel naar Denemarken voor een bijeenkomst over duurzame energie. De privéjet moest voor die vlucht 9.000 kilometer leeg vliegen.
Mark Rutte en Rob Jetten vlogen dit jaar met het regeringstoestel naar Denemarken voor een bijeenkomst over duurzame energie. De privéjet moest voor die vlucht 9.000 kilometer leeg vliegen.

Toch zijn het niet alleen ultrakorte vluchten waarop de overheid regelmatig regeringsvliegtuigen leeg laat vliegen om ministers op te halen, zo blijkt uit onderzoek van RTL Nieuws. Zo werd op 18 mei van dit jaar, de PH-GOV leeg vanuit Tel Aviv naar Rotterdam gevlogen. Dit werd gedaan om vervolgens premier Rutte en minister Jetten heen en weer te vliegen naar een conferentie over duurzame energie in het Deense Esbjerg. Het toestel vloog daarna vanuit Amsterdam weer 9000 kilometer leeg terug naar Tel Aviv, om minister Hoekstra op te halen van zijn bezoek aan de Palestijnse gebieden.

Het ministerie van Buitenlandse Zaken wilde geen antwoord geven op de vraag waarom minister Hoekstra niet met een lijnvlucht vanuit Tel Aviv teruggevlogen kon worden. Een woordvoerder stelde alleen dat voor iedere vlucht 'een serieuze en weloverwogen afweging' wordt gemaakt.

Het merendeel van de ultrakorte vluchten binnen Nederland worden gemaakt door privévliegtuigen van zakenmensen. Zo maakte het toestel van de CEO van Jumbo, Frits van Eerd, sinds januari zeker 24 vluchten met zowel een start en een landing op een Nederlandse of Belgische luchthaven. Het vliegtuig van ondernemersechtpaar Nikkie Plessen en Ruben Bontekoe vloog 10 ultrakorte vluchten. En het toestel waar cosmeticakoning Raymond Cloosterman (oprichter Rituals) mede-eigenaar van is, vloog het afgelopen jaar zeker 30 ultrakorte vluchten binnen Nederland of België.

Dat betekent niet dat deze korte vluchten ook echt allemaal door deze ondernemers zijn gemaakt. Veel eigenaren van privétoestellen verhuren hun kist namelijk ook via chartermaatschappijen. Zo laat Cloosterman in een reactie weten dat hij het toestel dit jaar zelf slechts twee keer heeft gebruikt, beide keren voor een zakelijke reis in het buitenland.

Ook Ruben Bontekoe vertelt dat hij dit jaar slechts één ultrakorte vlucht maakte, de overige vluchten binnen Nederland was het toestel verhuurd aan een andere partij. Zelf maakte hij vanuit Amsterdam een keer een tussenstop in Maastricht, onderweg naar Ibiza, om bekenden op te halen. Frits van Eerd was niet bereikbaar voor commentaar over het vluchtpatroon van de PH-CJM.

In het Nederlandse luchtvaartregister staan ruim veertig zakelijke of privéjets ingeschreven. Bijvoorbeeld de jet van Formule 1-coureur Max Verstappen en het privévliegtuig van John de Mol, met de naar Talpa vernoemde naam PH-TLP.

Veel van deze jets zijn niet alleen voor eigen gebruik, maar worden ook verhuurd. Dat gebeurt ook met de privéjet van Nikkie Plessen en haar partner Ruben Bontekoe. Ook de directies van Shell en RTL hebben de beschikking over meerdere jets om op en neer te vliegen naar de hoofdkantoren in respectievelijk Londen en Luxemburg.

Korte vluchten zijn volgens de zakelijke luchtvaartsector een bijproduct van het verhuren van de toestellen en worden ook wel positioneringsvluchten genoemd. Volgens Robert Baltus van de EBAA, de brancheverenging van privéjetbedrijven, zijn zij zelf ook niet blij met die korte vluchten. Ze zijn immers belastend voor het toestel en daardoor relatief duur.

"Het kan zijn dat een vlucht ’s nachts is binnengekomen op Rotterdam en de volgende dag van Amsterdam voor een andere klant moet vertrekken. Je wil het liever niet, maar het toestel moet dan wel daarheen", zegt Baltus. Volgens de branche zijn korte vluchten soms ook nodig in verband met onderhoud.

Vliegen met zakenjets is ongekend populair sinds de coronapandemie. Reguliere maatschappijen schaalden door corona het aantal vluchten af, waardoor de jetset en de top van het bedrijfsleven zich tot de privéluchtvaart wendde. Daar kwam deze zomer de extreme drukte op Europese luchthavens bij, wat een extra impuls voor de sector opleverde.

Volgens luchtvaartdeskundige Melkert moet de impact op het milieu van privévluchten niet worden overschat. De sector is verantwoordelijk voor ongeveer 4 procent van de totale uitstoot van luchtvaart. Maar de uitstoot per passagier is bij een privévlucht wel veel hoger. "Stel dat we kijken naar het regeringsvliegtuig PH-GOV, daar gaan ongeveer 25 mensen in. Dat is eigenlijk een omgebouwde Boeing 737-700, waar normaal gesproken 150 mensen in gaan. Zo'n vlucht is dus zes keer zo vervuilend per passagier."