Het is geen moeilijke rekensom: er zijn zeventien klassen en dertien klaslokalen in het spiksplinternieuwe schoolgebouw van Kindcentrum Noord in Delfzijl. Vier klassen te weinig, hoe kan dat nou? ,,De tijdelijke lokalen zijn niet voldoende, het is maar tweeëneenhalf lokaal.”
Een nieuwe school is meestal reden voor een feestje, maar niet in Delfzijl Noord. Zonder feestelijke opening namen leerlingen en leraren het nieuwe schoolgebouw van Kindcentrum Noord in gebruik. ,,Er is een nieuwe locatie, maar niets om te vieren”, zegt moeder Katja Stavinga. Haar zoon zit in groep 8, maar nog steeds in het oude gebouw. In het nieuwe gebouw is namelijk geen plek.

Door het raam van hun klaslokaal kijken de leerlingen van groep 7 en 8 van Kindcentrum Noord naar het nieuwe schoolgebouw aan de overkant van de straat. De 55 leerlingen zitten in het oude pand. Maar dat schoolgebouw is onveilig en wordt gesloopt. Ter vervanging werd een nieuwe en aardbevingsbestendige school gebouwd, maar daar is niet genoeg plek.

Maar ze moeten ook weg uit het deel waar ze nu zitten, dat wordt afgebroken. Ze verhuizen echter niet naar de nieuwe school, maar naar een deel in het oude gebouw dat wel blijft staan. Daar krijgen de vier klassen twee lokalen en een halve tot hun beschikking.

Waarom wordt een te kleine school gebouwd? In essentie draait het om het volgende: een conflict tussen de landelijke norm voor de bouw van schoolgebouwen en de lesmethode van Kindcentrum Noord. Het Kindcentrum geeft les in kleine groepen, van vijftien tot twintig leerlingen. Daarom zijn er meer lokalen nodig dan de landelijke normen.

Een nieuwe school bouwen, hoe gaat dat?
‘Ga nooit nieuwbouwen, dan verlies je ruimte’. Dat is het advies van onderwijskundige vakbladen, zegt schooldirecteur Adolf Godlieb. Maar voor Kindcentrum Noord was er geen keuze, het gebouw was immers niet veilig.

Het bouwplan uit 2019 berustte dalende leerlingenaantallen (krimp), er werd rekening gehouden met 220 kinderen. Aan de hand hiervan werd het aantal vierkante meter vastgesteld. In deze landelijke norm passen elf klaslokalen. Veel te klein, vond Godlieb meteen al. ,,Dat hebben we direct aangegeven, maar daar werd eerst niet naar geluisterd. Uiteindelijk kon er 100 vierkante meter bij, dus twee kleine lokalen.”

Nog steeds vier lokalen te weinig. Bovendien was er geen sprake van krimp, want de school telt inmiddels meer leerlingen. Nu zijn dat er 266, in mei neemt het toe tot 280 leerlingen.

Succesvolle methode: kleine klassen
De lesmethode met kleinere klassen van Kindcentrum Noord is succesvol, zegt Godlieb. De wijk wordt gekenmerkt door relatief hoge werkloosheid, laaggeletterdheid en een gemiddeld lager opleidings- en inkomensniveau. Om de kansenongelijkheid te bestrijden, kreeg de school extra overheidsgeld. En dat loont: de resultaten van de eindtoets liggen boven de verwachte score voor een wijk met deze kenmerken.

Om de goede resultaten te houden zijn voldoende klaslokalen nodig , zegt Sebastiaan Schutrups. Hij geeft les aan groep 7b: ,,Als wij in grote groepen les geven, gaat het resultaat omlaag.” Younes Bahbouh, leraar van groep 8b, vult aan: ,,Leerlingen verzuipen in grote klassen, dan leveren we in op kwaliteit.”

Voor de vier bovenbouwklassen worden nu dus lokalen elders in het oude gebouw aardbevingsbestendig gemaakt. Maar dat is geen echte oplossing. Bahbouh: ,,Het zijn maar twee lokalen en een halfje erbij.’’ ,,We willen naar de nieuwe school ”, zegt Larissa Dokter, leraar van groep 8a. Het valt de leraren zwaar dat er geen toekomstperspectief is.

,,Kinderen zijn niet te vangen in protocollen en regels”, stelt Bahbouh. De school wil per se haar succesvolle manier van lesgeven te behouden. Godlieb: ,,Als de gemeente zich daadwerkelijk hard wil maken voor het onderwijs, moet er meer gebeuren.”

De school trok onlangs in de gemeenteraad aan bel, maar kreeg van wethouder Jan Menninga geen enkele toezegging.