In een echte personenauto rijden, en dat zónder rijbewijs. Steeds meer jongeren doen het. Omdat het kan. En mag. Mits de snelheid begrensd wordt tot maximaal 45 kilometer per uur.

1. Hoe zit dat?
Door een maas in de wet kunnen gewone auto's worden omgebouwd tot 'motorrijtuigen met een beperkte snelheid'. Daarmee werden in principe bijvoorbeeld landbouwvoertuigen bedoeld, of de wagen van de melkboer. Maar vooral jongeren hebben ontdekt dat ze op de openbare weg kunnen rijden met begrensde personenauto’s. Behalve jongeren die nog geen 18 jaar zijn, gebruiken ook ouderen die hun gewone rijbewijs kwijtraken, de ombouwregeling. In 2010 reden er nog maar drie omgebouwde auto's rond. Vorig jaar waren dat er al 360.

2. Wat zijn de voordelen?
Je hebt er geen rijbewijs voor nodig. Je hoeft je auto nooit meer APK te laten keuren en geen wegenbelasting te betalen. Verder zijn door de snelheidsbegrenzer boetes verleden tijd. Je kunt al vanaf je 16de een omgebouwde auto besturen. Afgekeurde ouderen, bijvoorbeeld slechtzienden, kunnen blijven rondrijden dankzij de omgebouwde auto's.

3. Wat zijn de voorwaarden?
De auto moeten worden begrensd tot de tweede of derde versnelling, waardoor hij niet harder kan dan 45 kilometer per uur. Je mag er gewoon mee op de openbare weg, maar niet op de snelweg. Nadat de auto is omgebouwd, moet worden bekeken of de auto inderdaad aan de voorwaarden voldoet. Pas dan wordt de auto 'kentekenloos'. De auto moet verplicht worden verzekerd.

4. Wordt de maas in de wet aangepakt?
Tot 1 januari 2015 hoef je geen rijbewijs te hebben. Maar vanaf die datum is een T-rijbewijs noodzakelijk voor motorrijtuigen met een beperkte snelheid. Dat is een rijbewijs voor onder meer landbouwvoertuigen. Dit rijbewijs kun je vanaf je 16de halen. Voor de Bovag gaat dit niet ver genoeg: die vindt dat alleen een gewoon rijbewijs voldoet. Ook pleit de organisatie ervoor om wegenbelasting in te voeren, om het aangepaste vervoermiddel voor jongeren onaantrekkelijk te maken.