De Nederlandse terreurverdachte Martijn N. kon begin dit jaar in Düsseldorf het vliegtuig naar Turkije nemen ondanks een Duitse waarschuwing omdat de Nederlandse politie kampte met een telefoonstoring. Een daarna verstuurde email bleef vervolgens een dag liggen. Dat schrijft minister van Veiligheid en Justitie Ard van der Steur (VVD) woensdag aan de Tweede Kamer.

Het lukte de politie door de storing niet contact te krijgen met de Inlichtingendienst van de Landelijke Eenheid van de politie en het team Contra-Terrorisme, Extremisme en Radicalisering (CTER) van de Landelijke Eenheid van de politie. Even daarvoor – op zaterdag 27 februari – hadden de Duitse autoriteiten een afdeling van de Nederlandse politie ingelicht dat ze N. in Düsseldorf had gezien. Omdat die melding telefonisch niet kon werden doorgegeven werd er een email gestuurd die pas op maandag 29 februari werd gelezen. Daarna heeft een Officier van Justitie een Europees aanhoudingsbevel doen uitgaan.

In mei hielden de Turkse autoriteiten de terreurverdachte aan. Eind juni is hij aan Nederland overgedragen. Waar hij in de tussentijd is geweest, is niet bekend.