Blog van Emmo, bootjes en meer | |
29-08-22 08:59:37 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
11.6: Onderweg terug naar de bus komen we een fietster tegen. Mevrouw vraagt “bent u van de dierenambulance”? Met onze hesjes met logo en dikke schepnetten was er geen ontkennen aan, dus: ja, mevrouw. Volgens mevrouw zat er op de brug over de rivier op het fietspad een duif die geen kant op ging. Hij leefde nog wel, volgens mevrouw. Die brug was mijn richting op, ik kom daar onderweg naar huis toch over. Mijn collega had het inmiddels overgenomen. Hij met de bus erheen en ik met de fiets. De uitleg van mevrouw was duidelijk genoeg. Dwars de stad door ben je met de fiets stukken sneller dan met de auto. Ik was dan ook het eerst ter plaatse. En inderdaad, precies waar mevrouw had uitgeduid lag een duif. Niet op het fietspad, maar ernaast. Hij leefde nog steeds en ging inderdaad geen kant op. Denkelijk een flinke tik van een auto gehad, maar geen uitwendig letsel voor zover ik kon constateren. Mijn collega in de bus zag dat ik het beest al te pakken had en zette de bus neer aan de overkant op het stationsplein. Ik met de fiets aan de hand en de duif in m’n vingers ook die kant op. Duif in een bakje, papiertjes invullen en die kon naar de opvang. Beest had geen ring, het was een wilde. Ik vervolgde mijn weg richting huis. | |
30-08-22 23:35:55 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
12 De blauwe reiger die verdween (Naar Sjöwall en Wahlöö: “De brandweerauto die verdween”) 12.1 De vorige dienst had het beredruk gehad en kreeg op het allerlaatst nog een spoedopdracht in verband met een overreden hond. Gevolg van het liedje was dat de bus pas tegen half acht werd afgeleverd, een half uur later dan gebruikelijk. De collega die hem kwam afleveren woont in de grote stad en moest ook nog thuisgebracht worden. Dat duurde al met al nog een extra uurtje. Maar ondanks de drukte vooraf was er voor mij niets. Tot half twaalf ‘s avonds. Mensen hadden op straat een kat gevonden waarvan ze dachten dat ze aangereden was. Beest lag daar maar op straat en blies als je er te dichtbij kwam. Dus, maar weer de bekende procedure, ook al was het wat later dan gebruikelijk. Centrale had de mensen al verteld dat de bus van ver moest komen en dat het wat langer zou duren. Dat was geen probleem. Bijrijder opgehaald, die was nog wakker en op naar de melding. In één van de vele nieuwbouwwijken zaten twee mensen, een man en een vrouw, op de stoeprand met de bewuste kat tussen hen in. Bijrijder, een kattenmens, gelijk eropaf. Melding had gesuggereerd dat het beest slecht benaderbaar was en daarom haalde ik alvast het schepnet uit de auto. Dat schepnet bleek niet nodig want de kat bleek achteraf een heel lief beest dat alleen zo af en toe wat nukkig gedrag vertoonde. Binnen de kortste keren had de bijrijder de kat in haar handen en konden we haar zonder een enkel probleem in een bench stoppen. Nog even het deurtje open om met de chiplezer de nek van het beest te bestrijken en warempel, er kwam een nummer in het schermpje. Bijrijder controleert maar nummer is niet bekend in de database. Goed, dan gaan we er maar mee naar het asiel. Nog even met de melders gesproken en dan maar onderweg naar het asiel, twintig minuten rijden verderop. En dan laat ik zo tussen de bedrijven door het grote net op straat liggen. Helemaal niet meer aan gedacht. Onderweg is er, deze tijd van de dag, het was inmiddels na twaalven, maar weinig verkeer en kun je lekker doorrijden. Het asiel is natuurlijk al dicht, maar wij hebben de sleutel van de noodopvang en parkeren de kat in één van de standby-kooien. Formuliertje erbij en klaar. Er zat nog een patiënt in de standby, die was door mijn voorganger binnen gebracht. Een jong zwart katje. Dat beest had een beste trek gehad, want z’n bakje voer was zo goed als leeg. Ook maar even aangevuld. In de kooien zit standaard een bakje voer en een bakje water. Een grote zak met voer en wat andere spullen zitten in een kast om de hoek. Bijrijder naar huis gebracht en zelf ook maar naar huis gereden. Kort na tweeën kon ik m’n nest induiken. | |
31-08-22 09:25:46 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
12.2 Ondanks dat ik vrij laat te kooi was gegaan was ik vroeg wakker. Normale tijd eigenlijk. Opgestaan, ontbijt, even kwekken met de poetsvrouw onder het genot van een bak koffie en een stuk appeltaart. Tijdens dat kwekken de telefoon. “Oh, heb jij dienst. Ik heb een spoedklus maar daarvoor zit jij te ver weg. Ik zoek wel iemand anders”. Ik zit inderdaad voor de meeste klussen wat uit de route. Het is voor mij al gauw een half uur draaien naar een melding. Dan om half twaalf, een reiger gevonden, bij het oorlogsmonument. Geen idee waar dat oorlogsmonument is natuurlijk, maar de bijrijder is bekend in de stad, die weet het vast wel. Er was ook een straatnaam gegeven, maar die stond uiteraard niet in het domdommetje. Daar heb je wat aan. Achteraf bleek dat er een spatie verkeerd stond. Maar de bijrijder wist het op een prik en loodst me au bout portant dwars door de binnenstad naar het oorlogsmonument. Alleen, waar zet je hier de kar neer. Keren en dan, een kort stukje verderop, zijn er twee parkeerhavens vrij. Dat is voor ons. Rond het monument gedwaald, met box en schepnet in de hand en niets gevonden. Langs de waterkant, het parkje rond het monument grenst aan de rivier, maar ook daar niets te zien. Toen de melder maar opgebeld. Die wist heel precies te omschrijven waar het beest zich zou moeten bevinden. Achter het monument, tegen de oever staan twee treurwilgen en dan een beetje meer naar de linkerboom als je met de rug naar het monument staat. En precies op die locatie: helegaar niets. Ik vermoed dat het beest een tik gehad heeft van een auto of zo. Daardoor stevig achter de adem was, maar na verloop van tijd weer op verhaal is gekomen en weer op de vleugels gegaan is. Maar zeker weet ik dat natuurlijk niet. Vervolgens gaan we op snor naar het schepnet dat ik met mijn stomme kop afgelopen nacht op straat had laten liggen. Precies op de plek waar ik het had achtergelaten, daar lag ‘ie nog. Alleen was iemand zo voorkomend geweest om hem op de stoep te leggen zodat er geen auto’s overheen zouden rijden. Alweer een schadepostje minder. | |
01-09-22 10:13:07 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
12.3 Ik breng de bijrijder naar huis en ga zelf ook weer op huis aan. Onderweg gaat mijn privé mobieltje af. Niet veel mensen hebben dat nummer en die moeten er maar begrip voor hebben dat ik even niet opneem. Niet veel kans dat het dringend is. Dan wordt ik via de bedrijfstelefoon gebeld. Die is wel met het handsfree systeem verbonden. Mijn bijrijder had zelf een melding van een dode kat aangenomen. Bijrijder had mij proberen te bellen en omdat ik niet opnam had ze de centrale maar gebeld. Blijkbaar had ze niet het nummer van de diensttelefoon. Ik keer de auto en ga terug naar de bijrijder. Die staat al te wachten. Eenmaal ingestapt het verhaal gedaan. Haar vader had onderweg op het industrieterrein een dode kat zien liggen en had dochterlief opgebeld of de ambulance ook dode beesten deed. Normaal gesproken alleen dode huisdieren maar een enkele keer ook wel eens wild spul, al is formeel de gemeente daarvoor de aangewezen weg. Alleen zijn die gewoonlijk minder vlot dan wij. Een kat wordt, ook als het een wilde is, als huisdier beschouwd. Dit was dan ook voor ons. Het dier lag aan een dijk op het industrieterrein, geen huisnummer. Vader had al een paar foto’s gemaakt en naar dochter gestuurd. Aan de hand van de foto’s kon dochter ongeveer duiden waar het beest moest liggen. Er heen gereden en langzaam rijdend met de alarmlichten aan aan weerskanten van de weg nagespeurd. Bijrijder rechts en ik links. Er was vrijwel geen verkeer, dat was geen probleem. En inderdaad, zowat halverwege. Onderaan de dijk, lag er een dode kat in de berm. Bijrijder vond het maar niks, zo’n dood beest op te pakken. Helaas voor haar, ze zal het toch moeten leren. Goed beschouwd is dat simpel genoeg. Eerst even kijken of het beest gechipt is. Dat was het niet. Dan een vuilniszak binnenstebuiten en met je handen in die zak het dier oppakken. Zak terugvouwen en je hebt vanzelf een dode kat in de zak. Mijn tante deed precies hetzelfde met hondendrollen. Er is geen kans op besmetting en je krijgt geen vieze vingers. Terwijl we bezig zijn komt er een nieuwe melding door. Er was een tam konijn gevonden waarvan niemand in de buurt wist waar hij thuishoorde. | |
02-09-22 09:45:15 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
12.4 Wij naar het adres. Bijrijder: “Dat is dezelfde wijk als waar mijn ouders wonen”. Tsja, ‘t is een kleine wereld. We komen ter bestemder plaatse aan en stappen uit. Bijrijder wordt gelijk bij naam begroet, bekend als de bonte hond zullen we maar zeggen. Volgens de melder liep het beest al zowat een week rond te scharrelen, terwijl niemand wist waar hij thuishoorde. Een paar huizen verderop was wel iemand die konijnen hield maar die mensen waren al een tijd met op de camping, terwijl ze op onregelmatige tijde voor eventjes naar huis kwamen voor de plantjes, de kranten en de konijnen. Maar deze hadden niet gemeld dat ze een beest kwijt waren. Mysterieuze zaak. Voor ons niet. Loslopend tam beest, onbekende eigenaar, hop naar de opvang. Nog even met de mensen staan praten. Mevrouw de melder verontschuldigde half en half dat zij niet voor dat beest wilde zorgen. Niet iedereen heeft zin en gelegenheid, dus verontschuldigingen zijn goed beschouwd niet nodig. In ieder geval was ze bekend met de opvang waar we heen zouden gaan. Als ze de konijnenhouders zou zien zou ze het verhaal vertellen en doorgeven waar ze het beest, als het toch van hun was, konden ophalen. | |
02-09-22 09:47:48 | allone Oudgediende WMRindex: 52.012 OTindex: 93.490 |
Ik krijg de indruk dat je voor deze baan vooral veel geduld moet hebben.... | |
02-09-22 10:28:57 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
@allone: Zo af en toe is dat best nodig. | |
03-09-22 12:41:01 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
12.5 Dan met die dode kat naar het asiel waar er een vriezer staat waar de kadavers in gaan. Administreren zodat als er toch nog een eigenaar komt opdagen, aan de hand van de foto’s, de dag en de vindplaats probeer je toch een eigenaar te vinden. Dat gaat via de sociale media, daar komen dat soort berichten terecht. Als dat lukt dan kan vanuit de vriezer het juiste dode poezenbeest aan de eigenaar overhandigd worden. Eerlijk gezegd heb ik geen idee of dat nog wel eens voorkomt, dat is zaak van het asiel. Op het asiel krijgen we nog een update over de kat van gisteravond. De eigenaar was toch geïdentificeerd. We hadden niet in de goede database van de chipnummers gekeken. Het was al een oud beestje dat medicijnen nodig had. Waarschijnlijk was ze er vandoor gegaan en niet op tijd de medicijnen gehad. Vandaar dat ze zich vreemd gedroeg. Voor de rest geen meldingen meer gehad. Met het fietsje in de kar naar de aflosser gereden. Dat was een nieuwe, aan de overkant van de rivier. | |
04-09-22 10:30:39 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
13: Een afgezogen mus 13.1: Oververhitte merel Ik had net de bus opgehaald van de voorgaande collega, ik was nog maar net onderweg, een melding. Iemand had midden op straat een vogel gevonden. Dat was in de stad waar ik meestal rijd. Echter ik had de bus opgehaald vanuit de grote stad, twintig minuten verderop. Goed, onderweg. Nieuwbouwwijk, nauw straatje, eigenlijk meer een fietspad dan een weg. Ik denk, hier ben ik eerder geweest. Dat klopte. Dat was in verhaal 1.4: Zwanenzang. Precies hetzelfde stekje. Ik zet de auto neer bij een klein woonwagenkamp, dat was het adres. De mijnheer die de vogel gevonden had kwam al op me toe. Schoenendoos in de handen. In de doos zat een merel. Volgens meneer zei het beest geen boe of bah, maar toen we gezamenlijk keken was ‘ie wel weer aardig levendig. Geen verwondingen te bekennen. Conclusie: óf aangereden en verdwaasd op straat blijven liggen óf bevangen door de warmte net als dat waterhoen van verhaal 7.1, Waterhoen zonder water. Voor alle zekerheid, het leek mij eerder een warmtebevanging dan een aanrijding, toch maar naar de opvang. Dan kan hij wat verder op verhaal komen en als er verder niets loos mee is dan mag ‘ie weer vliegen. Voor de rest van de avond geen meldingen meer gehad. | |
05-09-22 11:56:48 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
13.2: Aangereden kat In de ochtend zit ik net aan mijn eerste bak koffie, komt de eerst melding van de dag. Aangereden kat. Leefde nog wel. Door mensen gevonden midden op straat bij het station en meegenomen naar de kinderboerderij, dezelfde als die van melding 9.5 (Marter martelingen). Dit keer was het adres wel vermeld. Ik erheen met het busje. Het adres is aan mijn kant van de rivier en daarmee ietsje korter rijden. Dat scheelt alweer. Niet dat ik veel kan doen aan een aangereden kat, maar je wilt toch zo snel mogelijk assisteren en eventueel transporteren, zodat het beest zo snel mogelijk geholpen is. Ter plaatse zitten een man, vrouw en een klein kind op een bankje voor de kinderboerderij. Man met de kat op de arm in een handdoek, vrouw komt naar me toe. Ze hadden het beest gevonden, konden zien dat er wat mee loos was maar wisten niet verder wat ermee te doen. Ik bekijk het beest. Lief dier, geen haartje kwaad eraan, maar zo af en toe blies ze. Ook was ze met de staart aan het zwaaien, een duidelijk teken dat het beest zich niet goed voelt. Ze heeft duidelijk iets met de achterpoten, al beweegt ze er wel mee. Ik haal een bakje op haar in te doen. Dat ging zonder problemen, het beest hielp zelfs mee. Ze was er duidelijk aan gewend. Nog even de chiplezer eroverheen om te kijken of er een eigenaar bekend is. Waar is die chiplezer nou weer! Niet in het dashboard, ook niet in het kastje eronder, heb ik dat weer. Ik praat nog even met de mensen over wat de te volgen procedure is: ik bel de centrale en meld dat het beest naar de dierenarts moet. Vandaar zien we wel verder. Het is vandaag zondag, ik kan niet zomaar naar elke dierenarts en waarheen dan wel, dat zoekt de centrale voor me uit. Het blijkt in een dorp vlak bij de grote stad. Tegelijk meld ik dat ik geen chiplezer heb. “Moet er wel zijn” zegt de centrale. Weet ik ook, maar ik greep toch mis. Ik rijd vervolgens naar de dierenarts in dat dorp. De arts die dienst heeft moet van huis komen en is er tien minuten later dan ik. Heb ik nog even de tijd voor de administratie. Ik zie in de app dat volgens een van de collega’s de lezer achterin moet liggen bij de vuilniszakken. Ik kijken, en inderdaad, daar ligt ze, in één van de bakjes met hulpmaterialen. Net op dat moment komt de arts aansjezen. Arts doet de deur open, ik met kat, lezer, telefoon en autosleutels in de klauwen erachteraan. Beest in de behandelruimte op de tafel gezet en de arts aan het onderzoeken. Inderdaad is er iets niet jofel met het achterlijf. Er moeten foto’s gemaakt worden. “Is het beest gechipt”? “Weet ik niet, de chiplezer was op de verkeerde plaats opgeborgen en ik had hem net gevonden toen u aan kwam rijden”. Arts pakt zijn eigen lezer en vind een nummer en met dat nummer naam, adres en telefoonnummer van de eigenaar. Arts belt op en doet het verhaal. Mensen ontdaan, beestje was twee jaar oud en nou opeens onder een auto gelopen. Kan gebeuren, maar ‘t is toch rot. Arts vraagt hoe verder te handelen, niet iedereen zit te wachten op een rekening van een dierenarts. Maar dat was geen probleem, kosten waren het bezwaar niet. Foto’s worden gemaakt, ik assisteer met loodschort voor. Er zijn toch toch geen verdere meldingen en als ik een handje kan helpen doe ik dat. Bovendien ben ik ook wel een héél klein beetje nieuwsgierig. Eerste foto is duidelijk: fractuur van van één van de achterpoten. Zelfs een blind paard als ik kon dat nog wel zien. Dan nog een foto van het bekken. Dat vond de kat duidelijk minder prettig. Een spartelende kat is wat minder goed te fotograferen. Toch was de foto duidelijk genoeg: bekken was in orde. Weer gebeld met de eigenaar met de eerste resultaten. “Kunnen we langskomen” vraagt mevrouw. “Dat kan, maar dan moet ik wel eerst weten wanneer u er bent, met zondagsdienst is er niet permanent iemand aanwezig. Beter morgen en ondertussen houden we het dier in observatie. Als ‘ie normaal poept en plast is de prognose best gunstig”. Samen met de arts nog even de papiertjes in orde gemaakt en toen kon ik de eigenaar bellen in verband met de kosten voor de dierenambulance. We rekenen tegenwoordig 27 euro voor een huisdier als de eigenaar bekend is. En dan blijkt dat ik per ongeluk de telefoon had uitgezet toen ik met de handen vol met pruttel achter de dierenarts naar binnen ging. Geen wonder dat er geen meldingen binnengekomen waren. Als je wat langer op één van de knopjes op de zijkant drukt schakelt het hebbeding uit. Blijkt dat er inderdaad een melding was doorgekomen, maar daar hoefde ik niet meer naar toe, een collega op de andere bus had hem overgenomen. Rest van de administratie, wat berichtjes afhandelen en weer op weg naar huis. | |
06-09-22 13:38:32 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
13.3: Gevonden kittens Omdat de collega van de andere bus de melding gedaan had die ik had gemist kreeg ik een melding te doen voor haar rayon. We zijn sowieso niet eenkennig, de centrale beslist waar we op af gaan. Maar in verband met de aanrijtijden houden we twee gebieden aan. Collega op de andere bus had het druk en ik had op dat moment geen melding dus ik kreeg er één aan de oostkant van de grote stad om de collega te ontlasten Dat betrof twee kittens, jonge katjes, die iemand aangetroffen en meegenomen had. Ik opbellen om te laten weten dat ik eraan kom. Kom maar achterom, we zitten in de tuin. Goed, geen probleem. In het buitengebied en de kleinere dorpen is iets dergelijks meer regel dan uitzondering. Ik neem de secundaire weg, niet de snelweg. Dat kost me vijf minuten in tijd maar ik rijd dan minder kilometers met een lagere snelheid. Dat scheelt in de brandstof en daarmee in de duiten. De centen van de baas zijn niet van blik, is me vroeger altijd voorgehouden. Het adres is aan een lange doorgaande weg met meerdere kernen. In één van die kernen moet ik zijn. Tegenover het huis is een plekje vrij, zo hoort dat. Ik pak een transportkooi en ga gelijk achterom. “Vollek”! “Ja, kom eraan”. Man gaat me voor naar het plaatsje. Twee honden en een flinke kooi met twee kleine katjes erin zijn pontificaal aanwezig. De man had ze gevonden op een industrieterrein een stukje verderop, waar hij werkte. Over de dag had hij ze in de gaten gehouden, maar hij zag geen moederpoes of andere verzorgende. Toen heeft hij ze ‘s avonds maar meegenomen, eten en drinken gegeven en in de kooi gezet. De andere dag sprak hij erover met een buurvrouw die in een dierenopvang werkt. Die zei dat haar opvang op zondag, vandaag is zondag, dicht is, maar dat hij altijd de dierenambulance kan bellen. Dat heeft ‘ie toen maar gedaan. Samen deden we de beestjes in de transportkooi, bedankt voor de melding, ze gaan naar het asiel in de grote stad. Vandaar uit naar een gastgezin totdat ze voldoende oud zijn en dan wordt er een thuis voor ze gezocht. In het asiel aangekomen, er is overdag altijd wel iemand, overhandig ik de kittens. De beesten moeten gevoerd, schoongemaakt en uitgelaten worden. Dat gaat altijd door. Eerste vraag is of er een moederpoes was. Logisch. Maar volgens de melder, en de man leek me serieus genoeg, was die er niet. Beestjes werden opgenomen en ik laat weer een setje formulieren uitprinten. Het was weer eens echo in de map. Vuile was ingeleverd en wat handdoekjes van de stapel genomen en ik kon weer voort. | |
07-09-22 16:27:46 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
13.4: Ventilerende mus Onderweg naar huis komt de volgende melding door. Er was bij iemand een vogeltje in de afzuig van het fornuis terecht gekomen. Of ik het arme beest wilde bevrijden. Voorrijkosten zijn in zo’n geval weer die zevenentwintig euro. Van een collega had ik eens gehoord dat ze in zo’n geval de complete afzuigkap met de helft van het ventilatiesysteem hadden moeten slopen. Daar waren ze, collega en zijn dochter (die toevallig een keertje met pappa mee mocht) een goed uur mee bezig geweest. Slopen is vaak niet zo’n punt, maar je wilt de melder ook niet met de brokken laten zitten, daarom probeer je de boel zo goed en zo kwaad als het gaat ook weer te herstellen. Voor mij is het de eerste keer dat ik zo’n melding krijg. Ben benieuwd. In een wat oudere nieuwbouwwijk bel ik aan. Vrouw doet open, duidelijk zwanger. Geen wonder dat ze hulp wil, in zo’n toestand ga je geen gekke toeren uithalen op een keukentrapje. Ik vraag nog een keer of ze weet dat de kosten €27 zijn. Nee, dat is geen punt. Ondertussen staat een meisje van een jaar of vijf me vanachter de rokken met kologen aan te kijken. Ik vraag waar de vogel zit. Mevrouw wijst naar een ventilatieroostertje vlak boven de koelkast. Lastig bij te komen. De koelkast is hoog en vlak daarnaast staat het gasfornuis. Beetje onlogische combinatie, heet en koud tegen elkaar aan, maar daar is vast een goede reden voor. Ik vraag of ik een opstapje mag gebruiken. Dat is goed. Staande op dat opstapje kan ik er nét bij. Ik trek het roostertje van het onderdeks, zit vast met een paar klemmetjes, en daar vliegt een jonge mus de keuken in. Ik plaats het roostertje weer terug. Nou eens kijken of ik die mus te pakken kan krijgen. Beest vliegt alle kanten op, mankeert niets. Hij kan alleen de uitgang niet vinden vanwege het vliegengordijn dat voor de openstaande keukendeur hangt. Ik jaag het beest vanachter wat flesjes en andere keukenutensils richting deur. Hij vliegt tegen het vliegengordijn. Vliegengordijn opzij geschoven en het beest vliegt de tuin in. Mission accomplished. Vijf minuten werk. Ik vraag mevrouw hoe ze wil betalen, overmaken of kas. Liever overmaken, zegt ze. Oké, dan zullen we er maar op vertrouwen dat het ook werkelijk gebeurt. Later in de bus bel ik met de centrale dat de melding volbracht is. Centrale vraagt of er betaald is. Ik zeg dat mevrouw zou overmaken. “Verdorie”, zegt centrale, “Ze zou kas betalen”. Tsja, daar wist ik weer niets van. “We zullen het beste er maar van hopen”, zegt centrale. Die had waarschijnlijk hetzelfde gevoel als ik. | |
08-09-22 00:59:25 | HoLaHu Oudgediende WMRindex: 6.356 OTindex: 2.476 |
@Emmo: Volgens mij zijn jullie nu blij gemaakt met een dooie mus.. Nou ja, dat is altijd nog beter dan dood gemaakt met een blije mus... | |
08-09-22 04:39:42 | allone Oudgediende WMRindex: 52.012 OTindex: 93.490 |
08-09-22 09:23:22 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
08-09-22 09:24:12 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
13.5: Egel in tuimelraam Weer onderweg naar huis, wordt ik weer opgebeld door de centrale. Dit keer gaat het om een egel met een gewonde poot. Adres is in het buitengebied, een flink stuk van de stad. Daar aangekomen blijkt het een boerderij. Als ik de auto aan de overkant op het dammetje zet staat de vrouw al op me te wachten. In de schuur ligt op een trekker een krat met een bodem van bladeren. Daarin een bakje water en de egel. Als ik hem oppak om te bekijken rolt hij op en kan ik de bewuste poot niet meer zien. Vrouw vertelt dat het beest via een openstaand kelderraampje wilde inbreken en toen met zijn poot is klem komen te zitten. Daar heb ik wel vaker van gehoord in verband met katten. Die willen op dezelfde manier erin of eruit en komen dan met poot of hele lijf klem te zitten. In de ergste gevallen overlijden ze daaraan. Maar voor een egel is dat voor mij nieuw. Vrouw vertelt dat ze is begaan met beesten. Als twaalfjarig meisje was ze eens thuisgekomen met een eekhoorn die gekwetst was. Haar vader vond dat maar niets: “Dat beest zit onder de vlooien”. Daar had pa waarschijnlijk groot gelijk aan. Kort en goed, ik doe het beest in een transportbox, dochterlief van een jaar of veertien is verbaasd dat ik de egel met de blote handen aanpakte. Dat kan best, als je maar niet gaat drukken. Het eigen gewicht van een egel is niet zo groot dat je er een verwonding van krijgt. Ik bel de opvang en ook die is verrast vanwege dat tuimelraam. Ook die had daarvan nog nooit gehoord. Wel vraagt hij het adres goed te noteren, zodat hij naderhand contact met de melder kan opnemen. Als het beest een nest heeft zal hij het zo snel mogelijk weer terugplaatsen, in de hoop dat de jongen het zolang uithouden. Bij de opvang zet ik het beest in een kooi, bakje water erbij, en dat was dat. Verder geen meldingen meer gehad, die dag. | |
08-09-22 11:42:16 | venzje Oudgediende WMRindex: 22.620 OTindex: 7.915 |
Quote @Emmo: Goed kans, die beestjes zitten op dit moment midden in de kraamtijd. Als het beest een nest heeft En hoe was het nou met het pootje? Heb je dat nog gezien? | |
08-09-22 12:15:14 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
@venzje: Nee. Een egel rolt op. En dan heb je een hoop geduld nodig voordat de pootjes weer tevoorschijn komen. | |
09-09-22 00:15:27 | HoLaHu Oudgediende WMRindex: 6.356 OTindex: 2.476 |
@Emmo: Doet me denken aan een liedje...Pootje erin, pootje eruit..Ja zo gaat ie goed, ja zo gaat ie goed.. Laatste edit 09-09-2022 00:21 | |
09-09-22 09:39:09 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
14: Misse meeuw 14.1: Zieke gans Onderweg naar de collega om het busje op te halen wordt ik ineens opgebeld. Mijn collega. Hij had een melding doorgekregen en wilde weten waar ik zat. Ik had nog een dikke acht kilometer te gaan (Domdommetje op de fiets is best handig, zo af en toe), dwars de stad door. Krap aan een half uurtje. Collega zegt: “Ik kom wel naar je toe, waar zit je”? “Op de brug over de rivier, dit is de straatnaam”, weer met dank aan ‘t domdommetje. Kwartiertje later wordt ik weer gebeld: “Ik sta onderaan de brug, ik kom niet verder want er zit een slagboom in de weg”. De brug in kwestie was alleen voor fietsverkeer en voor openbaar vervoer, en was daarom met een slagboom afgesloten. Als Mohammed niet naar de berg komt, dan komt de berg wel naar Mohammed. Ik weer op ‘t fietsje en inderdaad, onderaan de brug bij de slagboom stond ‘ie te wachten. Fiets ingeladen en onderweg naar de melding. We deden deze gezamenlijk, anders had ik eerst de collega naar huis moeten brengen en daarna weer dezelfde weg terug. Op deze manier waren we eerder bij de melding. Iemand die een melding doet staat, uitzonderingen daargelaten, wél op ons te wachten. In dit geval was de melding betreffende een zieke zwaan of gans, melding was niet duidelijk, die iemand tussen de polder en de vaste wal uit het water had gevist. Omdat het op een soortement bungalowpark was hadden we uitgebreide instructies gekregen hoe te rijden en te handelen. De instructies waren duidelijk genoeg, alleen waren ze net op dat punt een nieuwe brug annex oprit aan het aanleggen waardoor ik in eerste instantie de inrit van het park miste. Keren en opnieuw proberen en toen lukte het wel. We moesten bij één van de verste huisjes zijn, aan het eind van een doodlopende weg. Daar was een parkeerplaats waar we de bus kwijt konden. Helaas hield daar ook de huisnummering op, zodat we nadere instructies moesten vragen aan mensen die op het terras zaten. De melders hadden de gans, want dat was het, inmiddels op het droge getrokken. En daar lag het beest, zo te zien volledig uitgeteld. Beetje trekken met de hals. Dat was voor mij vrij duidelijk: gevalletje vogelgriep. Niet dat ik daar zeker van ben, maar ik heb die symptomen vaker voorbij zien komen. Collega bleef bij de melders en vroeg instructies via de telefoon, en ik ging terug naar het busje om de grote bak op te halen en het pak aan te trekken. Vogelgriep is héél besmettelijk, vooral voor vogels. Mensen hebben er, als ze al besmet raken, weinig last van. Ik trek dan ook dat pak aan om zoveel mogelijk te voorkomen dat ik eventuele volgende klantjes zal besmetten, niet zozeer voor mezelf. Volledig ingepakt kom ik met de box weer bij de gans. Beest ligt nog steeds op apegapen in het gras. Als ik hem oppak wil ‘ie gaan fladderen. Lastig, maar ik heb dat vaker gezien. Vleugels terugvouwen en in de box. Collega heeft inmiddels de dierenarts van dienst opgesnord. Het is zijn eigen dierenarts in de grote stad. Nog even met de melders gesproken over vogelgriep, de besmettelijkheid ervan en de ruimingen van pluimveebedrijven zo hier en daar. Dan naar de dierenarts. Inmiddels komt er weer een melding binnen van een aangereden kat die ergens dood in de berm zou liggen. Is geen haast bij, zegt de centrale. Bij de dierenarts pakte de arts zich in en wij tweeën handschoentjes aan om eventueel te assisteren. Beest bekeken, en inderdaad, wat ‘ie onder de leden heeft is zo één twee drie niet te zeggen zonder laboratoriumonderzoek, maar gezond is ‘ie absoluut niet. Spuitje is inderdaad de aangewezen weg. Gans is het daarmee niet eens en uiteindelijk moet er zelfs een assistente bijkomen zodat we met vier man uiteindelijk het beest fatsoenlijk uit zijn lijden kunnen verlossen. Een beetje boer draait hem au bout portant de nek om, maar dat is niet diervriendelijk genoeg. We krijgen het kadaver mee. De arts heeft geen gelegenheid tot opslag en afvoer. Overlegd met de centrale. Dierkadavers gaan naar de vuilverwerking en ik neem aan dat ze daar de oven in gaan om besmetting te voorkomen. Maar na acht uur ‘s avonds zijn die jongens gesloten. Uiteindelijk gaat hij tijdelijk naar de vriezer in het asiel. Dat is vlakbij. Morgen zal ik hem ophalen en naar de verwerking brengen. | |
10-09-22 09:29:36 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
14.2: Aangereden kat Na gedane zaken maken we de bak en alle plekken waar de gans mee in aanraking is geweest grondig schoon, alweer om besmetting van een volgende klant zoveel mogelijk te voorkomen. Papierwinkel gedaan en ik breng, eindelijk, collega naar huis. Die had al een beste dag achter de rug en was ook nog eens een dik uur na het einde van z’n shift bezig geweest. Hoewel er geen haast bij is ga ik toch nog maar die dooie kat ophalen. Afwerken die zooi en ik ben nou eenmaal toch onderweg. Melder heeft een screenshot gemaakt van Google Maps met een speld erop. Duidelijk genoeg. Domdommetje kan zoeken naar een kruising tussen twee wegen en op het kaartje zijn de straatnamen te zien. Daarmee zit ik voldoende dicht in de buurt. De rest kan ik lopend doen. Het is in een vrij verlaten deel van het buitengebied. Ik rijd naar de bewuste kruising en zet de bus op een dammetje naar een weiland. Daar staat ‘ie goed. Plastic zak, zaklantaarn en chiplezer mee, telefoontje ingeschakeld op Maps zodat ik de goede kant op loop en in de buurt van de speld uitkom. Ik loop eerst langs de weg tot ik de volgende zijweg tegenkom. Niets gezien. Het begint al flink te schemeren. Ik bel de melder op om te vragen waar het beest precies ligt, links, rechts of naast het fietspad. Er wordt niet opgenomen. Langs het fietspad loop ik weer richting bus. En halverwege, vrijwel precies op de plek van de speld, ligt het beest. Tijdens de eerste loop heb ik hem over het hoofd gezien. Ik bekijk hem wat nader. Hij ligt er al even. Als ik bij de nek de chip probeer te lezen zit de lezer onder de maden. Geen reactie, maar het is mogelijk dat de chip inmiddels beschadigd is. Net als ik bezig ben een telefoontje. De melder. “U had gebeld”? “Ja, ik kon de kat in eerste instantie niet vinden maar ik heb hem nu toch te pakken”, “Oké”. Ik pak het beest met de omgekeerde zak op. Niks meer dan een zak van bont met de botten er nog in. Niet zo fris. Zak goed dichtgemaakt en overlegd met de centrale. Resultaat is dat ik het beest dubbel inpak en morgen als ik de dode gans ophaal met het hele fabriek naar de verwerking ga. Morgen komt de dierenarts naar het asiel en afhankelijk van het oordeel van de arts moet er misschien een hond afgemaakt worden. Dan kan ik die gelijk meenemen. Één van de minder prettige onderdelen, maar wel nodig. | |
10-09-22 23:42:44 | HoLaHu Oudgediende WMRindex: 6.356 OTindex: 2.476 |
@Emmo: Zo te lezen was die kat duidelijk "Made in Holland..." | |
11-09-22 09:47:07 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
14.3: Warme meeuw De volgende ochtend bel ik met de centrale of er al bericht is over die hond. Nee, dat is er niet. De arts doet een routine bezoek gedurende de ochtend, en als het zover is dan krijg je wel bericht. Goed, dan wacht ik wel. Dode kat nog steeds achterin de auto, goed ingepakt gelukkig. Na de koffie krijg ik een telefoontje. Iemand in de stad heeft meeuw gevonden waar iets mee mis is. Goed, dan kan ik aansluitend die gans en die kat afhandelen. Ik rijd naar de stad en in één van de nieuwbouwwijken vind ik het adres. Ik bel aan en een mijnheer doet open met de meeuw al in de hand. Hij had de meeuw, een vrij jong beest, gevonden terwijl hij ergens zat en geen vin verroerde. Mee naar huis genomen, in een doos gedaan met een bakje water erbij. Het beste voor het dier wat mijnheer had kunnen doen. Mijn diagnose, voor wat het waard is, was warmtebevanging. Beest keek helder uit de oogjes en begon duidelijk tekenen van leven te vertonen. Toen we het in de transportbox plaatsten begon ‘ie al aardig met de vleugels te wapperen. Nog even met mijnheer gepraat, bedankt voor de melding en gezegd dat ik hem naar de opvang zou brengen om aan te sterken. Opvang gebeld maar geen antwoord. Is geen probleem, ik heb de sleutel en laat een briefje achter met het hoe en waarom. Dat gebeurt wel vaker. Bij de opvang zet ik het beest in één van de vrije kooien, bakje water ernaast, die zit goed. Vandaar naar het asiel om de gans op te halen, vragen hoe het staat met de hond en aansluitend de kadavers naar de verwerking brengen. | |
12-09-22 09:43:22 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
14.4: Ritje afvalverking Bij het asiel aangekomen vraag ik naar hoe en wat. Voor mij is het de eerste keer dat ik dode beesten wegbreng. Één van de mensen loopt met me mee naar de vriezer waar de gans in ligt. Hij zegt: “Als je toch rijdt kun je gelijk de oude klantjes meenemen”. De procedure is dat als we een dood huisdier aantreffen we eerst proberen de eigenaar op te sporen. Met een chip gaat dat natuurlijk het best, maar als er geen chip is dan gaat het dier in de vriezer. Vooraf worden foto’s gemaakt en deze worden, samen met tijd en vindplaats op verschillende manieren gepubliceerd. Als een dier langer dan veertien dagen in de vriezer ligt dan gaat het naar de verwerking. Dat zou nu mijn job zijn. Medewerker controleert de dieren aan de hand van de bijgevoegde formulieren hoe lang ze er al in liggen en alles wat ouder is doen we in een zak. Met in totaal drie vuilniszakken met kadavers ga ik richting afvoer. De hond waar sprake van was mag nog even voort, dieren worden niet zonder een goede reden afgemaakt. Bij de afvoer aangekomen moet ik registreren. Van wie bent u? Van het asiel of van de dierenambulance. Ik rijd voor het asiel. In de grote stad rijdt een eigen dierenambulance. Wij doen alleen de buitengebieden. Dat is duidelijk. Als ik het terrein oprijd zie ik vrijwel direct een rijtje containers voor verschillende objecten. Één daarvan is voor de kadavers. Makkelijk. Geheel volgens de instructie open ik de zakken en doe de dieren los in de container. Alleen die adellijke kat van gisteravond is wat minder prettig. De inhoud wriemelt van de maden. Dat had ik al verwacht en had alvast een schone zak gepakt. Vieze zakken direct daarin, dat is geen probleem meer. Naar de container staat een kliko voor de verpakkingen en ik doe daar de vieze zakken in. Klaar. Via de uitgang krijg ik een bonnetje en ga weer op huis aan. Er zijn verder geen meldingen. Nog even aftanken, de administratie doen en dat was dat. Eenmaal thuis de fiets achterin de bus en ik ben klaar voor de overdracht van zeven uur vanavond. | |
13-09-22 10:57:40 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.682 OTindex: 28.578 |
14.5: Misse meeuw Even na drieën komt er weer een nieuwe melding binnen. In de stad bij een park was een meeuw gevonden. Er was geen adres maar wel een positie. Omdat de aanrijtijd in de orde van een half uur is doet de melder het dier in een doos en laat de doos achter op een goed te vinden locatie. Ik zou van de centrale een link krijgen naar Maps met daarin de spel. Die kwam. Alleen stond er geen speld in. Oké, zegt centrale, rijdt er maar heen, dan gids ik je verder wel. Ik rijd erheen en gooi de bus op een vrij parkeerplekje in een zijstraat. Ik kijk weer op die link en warempel, de speld is boven water gekomen. Ik loop erheen, maar door de bebouwing en de aanwezige bomen heeft GPS een beetje moeite om de positie te bepalen. Ik ben binnen twintig meter maar beter gaat niet. Goed beschouwd toch al een hele prestatie om via een satelliet zo’n nauwkeurige positie te krijgen. Ik bel de centrale en zeg dat ik op de kruising sta. “Goed” zegt centrale, “Loop in de richting park, dan zie je links een transformatorhuisje en daarbij moet de doos staan”. Ik loop rond dat huisje, maar noppes. Dat meld ik aan de centrale. Centrale: “Dan bel ik nog even met de melder over hoe en wat”. Melder zegt tegen centrale dat toen ze de meeuw in de doos wilden doen het beest ontsnapte en in het water ging zitten. Toen hadden ze het maar opgegeven. Centrale was daarover iets minder te spreken: “waarom heb je dan niet afgebeld”? De centralist is iemand waarmee je kunt lezen en schrijven totdat er iets gebeurt wat volgens haar niet in de haak is. Ik kan me voorstellen hoe dat gesprek verlopen is. Vervolgens krijg ik te horen dat de vogel gevlogen is. Ik speur nog even bij de twee nabij gelegen vijvers of daar nog ergens een zieke meeuw te bekennen is, maar lauw loenen. Ik ga weer richting huis totdat het tijd is om naar de aflossing te gaan. | |