Binnen wetenschappelijk onderzoek naar het leven in zeeën en oceanen is drijfhout grotendeels buiten beeld gebleven. Ten onrechte, want dood hout heeft een belangrijke functie in het maritieme milieu. Tegelijk hebben allerlei menselijke activiteiten het volume hout in het water dramatisch verminderd.
Ook voor professor Ellen Wohl, geoloog aan de Colorado State University en gespecialiseerd in riviervorming, was drijfhout een ontdekking. 'Mijn onderzoekswerk naar rivieren had me al veel geleerd over de rol van hout in rivieren. Bij het voorbereidende werk voor mijn boek A tale of three trees leerde ik hoe belangrijk drijfhout in open water wel is. Fascinerend, maar tegelijk een onderwerp waarnaar nog maar weinig onderzoek is gebeurd.'
De open oceaan is een weinig uitnodigende omgeving. Voedingsstoffen zijn schaars, net als de mogelijkheid om te nestelen. Dat maakt drijfhout zo waardevol, aldus Wohl. 'Dood hout vormt een hotspot van biodiversiteit. Vissen scholen er samen, en voeden zich met ongewervelden die leven op het hout. Dat trekt weer andere vissen aan. Op het drijfhout zelf huist een waaier aan soorten, gaande van krabben, schaaldieren, micro-organismen, fungi,... Drijfhout valt in dat opzicht bijna te vergelijken met koraalriffen.'
Drijfhout speelt ook een rol bij de vorming van kustlijnen. Het beïnvloedt hoe zand beweegt onder invloed van water en wind, vertelt Wohl. 'Die stabiliteit van opgehoopt hout creëert een ideale plek voor zaden om te ontkiemen, en biedt dieren een schuilplaats. Rottend hout brengt ook voedingsstoffen in de omgeving zoals stikstof en fosfor. Vaak verwijdert men op toeristische stranden het aangespoelde hout, en studies laten zien dat de biodiversiteit er beduidend minder is.'
'Een van de meest fascinerende dingen die ik tegenkwam, is de hypothese over de oorsprong van micro-organismen die op de bodem van de oceaan leven in de directe omgeving van hydrothermale bronnen. Bij gebrek aan zonlicht voeden ze zich met chemische componenten die deze bronnen uitstoten. De vraag is hoe deze organismen zo'n vijandige omgeving ooit bereikt hebben. Een hypothese onder evolutionaire biologen op basis van genoomanalyse is dat het oorspronkelijk ging om micro-organismen uit zoet water die meegelift zijn op drijfhout. Dat hout zonk naar de oceaanbodem, en deze micro-organismen hebben zich weten aan te passen aan de omgeving daar. Drijfhout legde dus misschien de kiemen voor deze gemeenschap aan micro-organismen.'
Geïntrigeerd door de veelzijdige rol van drijfhout, onderzocht Wohl de impact van menselijke activiteiten op het volume hout dat richting de zeeën stroomt. Op basis van de schaarse beschikbare data kwam ze tot een schatting van de hoeveelheid hout die normaal gezien in het water terecht zou komen, namelijk 4,7 miljoen kubieke meter. 'Een minimale inschatting met veel onzekerheden,' verduidelijkt Wohl. 'Dat volume ligt vandaag substantieel lager omwille van allerlei menselijke activiteiten zoals ontbossing, dammen, en het opruimen van toeristische stranden.'
De dramatische terugval van drijfhout op zee heeft verschillende oorzaken. Grootschalige ontbossing maakt dat er minder hout in het water terecht komt. Verder stroomt slecht ongeveer een kwart van de rivieren ononderbroken richting de oceaan. 'Hout dat zich opstapelt achter artificiële dammen wordt vandaag zonder nadenken uit het water gehaald en opgeruimd. Dat heeft een grote impact op het volume hout dat richting open water stroomt, want het grootste deel van onze rivieren is ingedamd.'
Wat dat betekent voor de ecologie van zeeën en oceanen is moeilijk te zeggen, aldus Wohl. 'Er is nog maar erg weinig onderzoek gebeurd naar de rol van drijfhout. Sowieso is het maritieme levensweb bijzonder complex, en is het haast onmogelijk om de impact van één factor te isoleren. Toch, met de bepekte kennis van vandaag is het aangewezen om hout in het water wat minder ijverig op te ruimen.'