Het broedseizoen en het festivalseizoen zijn allebei zo ongeveer tegelijk geopend, maar gaan niet zo heel goed samen. Niet alle vogels kunnen tegen luidruchtige muziek, stellen experts. “Ze hebben echt een minder prettig leven als er duizenden mensen in hun broedgebied staan te dansen.”
Stadsecoloog André de Baerdmaeker was vorig jaar op een festival toen hij een roodborstje zag. Broedend, op een nest, laag boven de grond, in een boom. Midden op een wandelpad. Het had zich daar genesteld omdat het er beschut was, er had waarschijnlijk gras langs gegroeid, en het was er stil. “Tot er duizenden festivalgangers langskwamen”, zegt De Baerdmaeker.
Het gras werd vertrapt, het nestje werd zichtbaar, het vogeltje werd kwetsbaar. Niet alleen omdat het nu goed gezien kon worden door vijanden, zoals de Vlaamse gaai, maar ook omdat veel vogels gestrest raken van veel geluid.
“Er zijn vogels die op een heel gehorige plek leven, zoals langs de snelweg, in een woonwijk bij een drukke school, op een lawaaiig industrieterrein”, legt De Baerdmaeker uit. “Die zijn het gewend, kunnen wel tegen veel geluid, schrikken daar niet zo van. Maar er zijn ook soorten die expres stille gebieden opzoeken om te nestelen. En voor hen kan zo’n festival, dat er dan ineens is en veel lawaai veroorzaakt, echt schadelijk zijn.”
Vogels zijn over het algemeen, als ze eenmaal broeden, niet snel van hun nest te krijgen, zegt Hans Slabbekoorn, hoogleraar akoestische ecologie en gedrag aan de Universiteit Leiden. Maar het grote gevaar is dat ze stress ervaren door de harde muziek, en daardoor minder tot geen eieren leggen, niet bij hun nest durven te komen, vergeten op hun eieren te broeden of hun jongen niet meer durven te voeren. “Dan is het maar te hopen dat die jongen het even volhouden. En dat ze daarna weer genoeg voedsel binnen krijgen. Want hoe zwaarder het jong het nest verlaat, hoe groter de overlevingskans.” Maar: hoe langer een festival duurt, hoe minder de kuikens eten.
Er zijn wel onderzoeken gedaan naar de gevolgen van geluidsoverlast voor vogels, zegt de onderzoeker, maar daarbij wordt vooral gekeken naar hoeveel vogels er nog te horen zijn. Een ‘vrij onbetrouwbare meetmethode’, stelt Slabbekoorn: zelfs als de nesten van vogels vertrapt zijn, of hun jongen dood zijn, blijven ze geluid maken. “In Amsterdam-Zuid is een keer een hele mooie laan vol met hoge bomen gekapt. De hele habitat van een groep roodborstjes was compleet verdwenen, maar de roodborsten hebben nog anderhalve week doorgezongen.”
Waar Slabbekoorn maar mee zeggen wel: hoeveel vogels er nog klinken na een festival, zegt niets over hoe het met ze gaat.
Ook de Vogelbescherming stelt dat er weinig bekend is over geluidsoverlast van één- of meerdaagse festivals en de effecten daarvan op vogels. “We weten wel dat chronische geluidsoverlast effect kan hebben op de dieren”, zegt een woordvoerder. “Je ziet dat fitissen er bijvoorbeeld voor kiezen om ver weg van snelwegen te broeden.”
Het is overigens niet alleen hard geluid dat voor overlast kan zorgen, stelt Slabbekoorn, maar ook het vertrappen van de vegetatie door festivalgangers. “Als een vogel zijn nestje op die manier kwijtraakt, of zijn beschutting, is hij thuisloos. Vogels zoeken over het algemeen maar één keer in hun leven een broedplek. Het lukt ze bijna nooit om een tweede keer een territorium af te bakenen.”
Daarom is het belangrijk om bij het organiseren van evenementen rekening te houden met welke vogels waar leven, stelt stadsecoloog De Baerdmaeker. “Gemeenten en organisatoren zijn verplicht experts om advies te vragen. Je kunt er bijvoorbeeld voor kiezen het hoofdpodium ergens anders te plaatsen, of om wandelpaden iets te verleggen, als er bijvoorbeeld een meerkoet op een beetje een onhandige plek broedt.” Het is, concludeert hij, ‘een beetje maatwerk’, en kijken: welke soorten leven waar, hoeveel rust hebben ze nodig?
Je moet ‘de boel in goede banen leiden’, zegt Joke Bijl, woordvoerder van Staatsbosbeheer. Ook die organisatie heeft te maken met dieren en mensen die de natuur in willen. “We weten precies op welke plekken de vogels zitten die van stilte houden. Daar laten we expres geen wandelaars toe en daarom vragen we iedereen ook op de wandelpaden te blijven en zijn of haar hond aan te lijnen.” Vogels die wel van lawaai houden, nestelen zich vaak dicht langs de wandelpaden. “Die kiezen ervoor, dus dat is prima om daar wat verstoring te hebben van de mens.”
Maar er is een verschil tussen geluid dat recreanten maken en geluid dat uit geluidsboxen komt. Daar kunnen vogels echt doof van worden. Slabbekoorn: “Het gehoor van vogels werkt hetzelfde als bij mensen: ze hebben haarcellen in hun oren, en die gaan op dezelfde manier kapot als bij ons.” Het verschil is alleen: bij mensen herstelt dat niet meer. Bij vogels wel, alleen kost dat wel weken of maanden.
En ook die doofheid heeft effect. Toen Slabbekoorn en zijn collega’s onderzoek deden naar tjiftjafs rondom Schiphol, bleek dat die op lagere tonen met elkaar communiceren dan hun soortgenoten in rustigere gebieden. “Dat deden ze omdat ze door de geluiden van de vliegtuigen vermoedelijk doof waren geworden. Dove vogels hebben, net als mensen, veel moeite met hogere tonen.”
Een ander gevolg van die doofheid was dat de tjiftjafs rond Schiphol zich agressiever gedroegen tegenover elkaar. Verklaring: dove vogels kunnen niet meer goed communiceren met hun buren, waardoor eerder ruzies ontstaan.
“We moeten dus niet doen alsof festivals onschadelijk zijn voor vogels”, stelt Slabbekoorn. “Ze gaan er niet dood van, maar een prettig leven hebben ze niet, in dat festivalgedruis. Het is dus een afweging die organisatoren en gemeenten elke keer moeten maken: ga je voor de vogels, of het festivalplezier?”