Een tienjarig meisje viel flauw in een stampvolle bus van het Belgische vervoersbedrijf De Lijn. De chauffeur stopte en liet haar eruit voor wat frisse lucht. Nadat haar broertje ook was uitgestapt, besloot de bestuurder door te rijden. De twee kinderen bleven achter op een drukke brug, twee kilometer van hun school.
Ze waren ingestapt in het Belgische Hemiksem, vertelt de moeder van Marit en Faber de Bruyn. Onderweg had Marit haar plaats afgestaan aan een bejaard echtpaar. Maar in de overvolle bus kon het meisje nauwelijks ademhalen. ‘Ze wilde haar jas nog uitdoen, maar dat lukte niet meer en ze viel flauw. De chauffeur opende de deuren, zodat Marit naar buiten kon en wat frisse lucht kreeg.’
Faber zag zijn zusje buiten de bus staan en ging naar haar toe. De chauffeur sloot vervolgens de deuren en reed weg. ‘Die bestuurder zei dat we maar een ambulance moesten bellen als het erger werd,’ vertellen de kinderen, die de weg naar school vervolgens maar te voet aflegde. De Lijn onderzoekt de zaak.