Buschauffeurs klagen aanhoudend over hoofdpijn, tranende ogen en concentratieproblemen. Hoewel onderzoek weinig oplevert, staat een ding vast: de bussen die het Eindhovense VDL leverde aan Berlijn stinken naar 'katzenurin'. Ofwel: kattenpis.
Het klinkt als een klucht, maar VDL heeft er een serieus probleem mee. Bij ongeveer 40 bussen wordt de stank waargenomen, zo meldt busmaatschappij Berliner Verkehrsbetriebe (BVG). VDL doet nog onderzoek naar de oorzaak.
Volgens het Duitse vervoersbedrijf treedt de stank vooral op na warmteontwikkeling bij bussen die er al een respectabel aantal van zo'n 25.000 kilometer op hebben zitten. ,,Als de bussen langer hebben gelopen, neemt de stank af'', stelt de woordvoerder van BVG.
Of de kwestie zich verder uitstrekt dan de Berlijnse bussen is nog niet duidelijk. VDL heeft de betreffende voertuigen van het type Citea LLE ook elders geleverd.
De kwestie in Berlijn had een lange aanloop, inclusief een debatje in de gemeente- en deelstaatsraad. In november vorig jaar vroeg de plaatselijke Piraten-Partei opheldering naar aanleiding van klachten van chauffeurs. Onderzoek, in opdracht van VDL, door een Berlijns laboratorium wees uit dat de vrijgekomen stoffen niet giftig zijn.
Na aanhoudende klachten van chauffeurs volgde vorige maand een tweede onderzoek. Ook dat wees uit dat er geen giftige stoffen in het spel zijn, laat BVG weten. ,,Desondanks is een dergelijke geur natuurlijk onaangenaam.''
Het Berlijnse vervoersbedrijf rept nog niet over een schadeclaim aan het adres van VDL. ,,We zijn intensief en constructief in gesprek met de producent om een afdoende technische oplossing te vinden.''