BELTRUM - Een schop die de grond in gaat, boormachines en het geluid van sloopwerkzaamheden. Het is druk rond café Halfweg tussen Beltrum en Groenlo. Vooral mannen lopen af en aan. Ze dragen een oud t-shirt met spijkerbroek, of een stofjas. Toch zijn het geen bouwvakkers, maar inwoners van het buurtschap Voor-Beltrum. Een kleine 650 inwoners maken deel uit van deze gemeenschap en tientallen inwoners helpen mee om 'hun' café nieuw leven in te blazen.
Café Halfweg is een begrip in de omgeving. Het is dé ontmoetingsplek voor inwoners van de buurtschappen Voor-Beltrum en Avest. Het verenigingsleven komt er samen, carnaval wordt gevierd en inwoners vieren er hun feestjes.
Buurt helpt al een tijd mee
"Eind vorige eeuw besloten de eigenaren te stoppen met de bakkerij en het café", vertelt Theo Klein Gunnewiek. Hij is voorzitter van de Stichting Halfweg.
"De toenmalige eigenaren wilden het verkopen 'en het liefst aan iemand die binding heeft met het buurtschap'. Er kwam een partij die wel het pand wilde kopen, maar niet het café wilde exploiteren. Als inwoners hebben we toen al gezegd, wij gaan helpen. Dat was het moment waarop de Stichting Halfweg het levenslicht zag", legt hij uit.

Het is een stichting met bewoners die allemaal vrijwillig hun vrije tijd inzetten voor een bardienst of onderhoud van het pand. Twintig jaar lang houdt het buurtschap dat vol. Maar aan het begin van de coronacrisis lijkt het doek toch echt te vallen voor het geliefde café. De pandeigenaren willen het café met woonhuis verkopen.

Sluiting van het pand, daar kan het buurtschap zich helemaal niets bij voorstellen. De raderen beginnen te draaien en plannen worden gesmeed; het dorp koopt het pand zelf. "Binnen acht weken was het was benodigde 3,5 ton bijeen gebracht", zegt Theo. "In september 2021 was het dorp eigenaar van het pand. Feest", lacht hij.

Maar daarna begint het, want hoe hou je een café in stand en hoe zorg je ervoor dat de verschillende verenigingen gebruik kunnen blijven maken van het gebouw.
Er wordt een plan gesmeed. Het café wordt een buurtschapshuis mét een caféruimte. Niet voor commercieel gebruik, maar wel voor de inwoners en verenigingen. "Op die manier kunnen mensen toch gebruik maken van de ruimte als ze bijvoorbeeld een feestje willen geven. Daarnaast kunnen alle verenigingen hier terecht. De muziek kan bijvoorbeeld repeteren, de kaartclub kan hier samenkomen en ook vergaderingen kunnen worden georganiseerd."
Handjes uit de mouwen
Ook voor de verbouwing is geld nodig. "We hebben diverse fondsen aangeschreven en een aantal subsidies binnengesleept", zegt secretaris Wilfried Klein Gunnewiek. "We zijn er nog niet helemaal, maar het ziet er goed uit." Begin november, als het carnavalsseizoen start, moet het eerste feestje worden gevierd in het gebouw. Voor het zover is, moet er nog heel wat gebeuren. Maar dat is in Voor-Beltrum geen probleem. "We hebben het geluk dat we van alle markten thuis zijn hier. We hebben loodgieters, timmerlieden, schilders. En als je knipt met je vingers, dan staan de mensen op om te helpen."

Er zijn behoorlijk wat dorpen waar cafés of andere voorzieningen het moeilijk hebben. "Wat in ons voordeel werkt, is dat er hier niets is", zegt Wilfried. En dat klopt inderdaad als je om je heen kijkt. Er is een weg met woningen, boeren en een paar bedrijven. Maar er is geen school meer, geen supermarkt en er staat geen kerk. "Daardoor hebben alle inwoners van Voor-Beltrum hetzelfde belang: wij willen allemaal die ontmoetingsplek houden."
In andere dorpen zijn er vaak verschillende belangen. "Ik heb hier bijvoorbeeld ook mensen uit Rekken over gesproken. Ook zij willen een café kopen en willen er woningen creëren. Maar je hebt daar nog sportvereniging met een kantine, er is daar een kerk waar iets mee moet gaan gebeuren. En dan kan het zijn, dat er verschillende belangen zijn en niet alle neuzen dezelfde kant opstaan. Maar als een dorp er achter staat, dan gaat het lukken", zegt Wilfried tot besluit.
Foto