“Ik ook. Ik ook.” Vanuit alle hoeken klonk het ineens, na de ontdekking dat er valse briefjes van twintig euro in omloop waren gebracht. De rommelmarkt in Genemuiden, afgelopen woensdag, kreeg daarmee een wrange nasmaak. Vooral voor kinderen die er spullen verkochten en opeens hun wisselgeld kwijt waren in ruil voor een vals biljet.

“Dat je als volwassen man zoiets doet…”, zegt organisator Anneke van Dijk afkeurend. En het moet gezegd: de briefjes waren goed nagemaakt. Van Dijk: “Ik ben zelf ondernemer en heb een eigen zaak. Over het algemeen herken ik een vals biljet vrij snel.”

Meestal worden biljetten van vijftig euro vervalst. Die zijn nu eenmaal lucratiever. Van Dijk krijgt zo’n vier keer per jaar een vijftigje dat door de bank wordt geweigerd. Dat is relatief zeldzaam, maar zeker niet uitzonderlijk. Overigens hoeft iemand die met zo’n vals briefje betaalt niet per se te kwader trouw te zijn. Misschien heeft die persoon het ook gewoon ergens ontvangen.

Heel anders ligt dat bij de twee mannen die woensdag in Genemuiden actief waren. Er werden in totaal zo’n twintig valse briefjes ingeleverd; goed voor ongeveer vierhonderd euro. De mannen zijn uitvoerig op beeld vastgelegd en gingen brutaal te werk. Ondanks het risico op ontdekking deden ze doodleuk boodschappen bij de Albert Heijn en haalden ze wat bij de snackbar.

Wat ook in hun voordeel werkte, was de drukte. “Daardoor heb je minder tijd om op te letten”, aldus Van Dijk. Daarbij gedroegen de daders zich opvallend ‘royaal’. Bij een discussie of een speelgoedautootje nu één of drie euro moest kosten, zei een van de mannen: ‘Maak er maar drie van.’ Het leek sympathiek, totdat duidelijk werd wat er aan de hand was.

Pas na half drie riep een van de kinderen dat hij nepgeld had ontvangen. Een plakbandje, dat waarschijnlijk bedoeld was om een glimeffect te geven, liet los. Een blik op het biljet tegen het zonlicht maakte meteen duidelijk dat het om vals geld ging.

Van Dijk kreeg zelf vier valse biljetten in handen. Er werd aangifte gedaan bij de politie, die het geld vervolgens in beslag nam. Maar Van Dijk liet het er niet bij zitten en belde meteen met mensen van de Kamper Ui(t)dagen. “Ik heb ook de organisatie van een markt in Hattem gewaarschuwd. Je kunt wel nagaan dat die mannen daar ook hun slag willen slaan. Als wij op voorhand een waarschuwing hadden gekregen, had dat veel ellende kunnen schelen.”

Toch ziet Van Dijk er ook een leerpunt in. “Voor iedereen is dit heel vervelend. Tegelijkertijd is het voor kinderen belangrijk om te beseffen dat je als ondernemer ook met dit soort dingen te maken kunt krijgen. Het is dus ook een les.”