Er zijn zorgen over het debat op Nederlandse universiteiten. Want is er nog voldoende ruimte en vrijheid voor een ander geluid? Door de moord op de Amerikaanse Charlie Kirk rijst de vraag hoe om te gaan met radicale uitingen en of we nog in staat zijn naar elkaar te luisteren?

In juni trokken de gezamenlijke universiteiten nog aan de bel omdat de academische vrijheid onder druk zou staan. "Terwijl die academische vrijheid ruimte heeft geschapen waarin grote denkers, dwarse vragenstellers en toegewijde onderzoekers de grenzen van het weten konden verleggen", schreven rectoren.

Geerten Waling, die schrijft voor EW, ziet het somber in. "Zeker op universiteiten is de bandbreedte voor verschillende meningen erg smal. Nederland heeft geen traditie van radicale vrijheid van meningsuiting", zegt hij. In Nederland zou Kirk met zijn conservatieve standpunten en confronterende vragen volgens Waling te radicaal zijn bevonden.

Kustaw Bessems, adviseur voor overheden en maatschappelijke organisaties én columnist van de Volkskrant, heeft ook een duidelijke visie: "Het belangrijkste is dat we elkaar weer gaan bestrijden met democratie. Mensen kunnen het steeds minder opbrengen om democratische, en mogelijk verwerpelijke ideeën, te bestrijden met democratie. Geweld of haat is steeds vaker het antwoord."

In de VS bereikte Kirk met zijn rechtse, conservatieve boodschap veel jongeren. Hij ging de Amerikaanse campussen af waar hij in debat ging met studenten, die het niet vaak met hem eens waren. Tijdens een concert van zanger Bobby Vylan afgelopen zondag juichte de zanger én het publiek de moord op Kirk toe. Bessems: "Dat is het failliet van de democratie. Mensen laten daarmee de democratische weg los."

Als je de samenleving ontwent om met andere meningen om te gaan, dan is het begrijpelijk dat mensen heel extreem reageren.

"Campussen afgaan om studenten uit te dagen tot een debat met een ideologische tegenstander, gebeurt in Nederland in het geheel niet", zegt Waling. Wetenschappers en bestuurders zijn bang dat het uit de hand loopt, denkt hij.

Ook FvD-oprichter Thierry Baudet sprak graag op campussen. Maar werd door zijn extreme en ondemocratische standpunten uiteindelijk geweerd. "Als je de samenleving ontwent om met andere meningen om te gaan, dan is het begrijpelijk dat mensen extreem reageren als ze ineens geconfronteerd worden met iemand die compleet anders denkt", zegt Baudet, die bij een bijeenkomst in het universiteitsgebouw in Gent in 2023 met een paraplu op zijn hoofd werd geslagen.

Op de internationale ranglijst voor academische vrijheid is Nederland inmiddels gedaald van de bijna perfecte score van 0,92 in 2018 naar 0,76 in 2024. Van alle westerse landen scoren alleen Portugal, de VS en Griekenland lager. Menig land uit het globale Zuiden, zoals bijvoorbeeld Burkina Faso, scoort hoger.

André Nollkaemper, voorzitter van de Commissie voor de Vrijheid van Wetenschapsbeoefening van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW), vindt dat het bevriezen van het debat door zelfcensuur en reacties op bedreigingen heel schadelijk is voor de wetenschap. "En uiteindelijk ook voor de democratie."

Als oorzaak ziet hij een brede maatschappelijke ontwikkeling. "Waarbij het taalgebruik, het debat, het politieke debat, het journalistieke debat, maar dus ook het wetenschappelijk debat steeds scherper en harder wordt."

Wetenschappelijke vooruitgang hangt volgens Nollkaemper juist op het delen van wetenschappelijke kennis met elkaar en met de samenleving. Daarom vindt hij ook dat universiteiten uiterst terughoudend moeten zijn met het beperken van een podium. "Je moet tegenspraak organiseren."

Maar dat gebeurt niet, zegt Baudet. "Er is angst voor het open debat. Men heeft het idee dat ideeën gevaarlijk zijn. Dat we die vooral niet te veel ruimte moeten geven." Hij gelooft dat ideeën die eventueel onjuist en gevaarlijk zijn alleen maar groter en gevaarlijker worden zonder discussie. "Mensen moeten juist weer tegen een stootje kunnen."

Als je geen open debat hebt, zegt Baudet, dan weet je niet wat je mist. "Omdat je geen tegenargumenten hoort. In Nederland hebben we de mond vol over diversiteit. Maar dat is de oppervlakkige diversiteit van huidskleur, maar niet van denkbeelden, ideeën en andere visies."

Controversiële sprekers zijn niet welkom op de Nederlandse universiteiten, zegt ook Waling. "Zo moest demissionair minister van Defensie Ruben Brekelmans (VVD) begin dit jaar de Universiteit van Amsterdam ontvluchten onder druk van anti-Israëlactivisten. Hij was daar uitgenodigd door studenten voor nota bene het interviewplatform Room for Discussion."

Eerder was daar ook al een bijeenkomst met NAVO-generaal Rob Bauer zonder publiek gehouden en een gesprek met Defensieminister Kajsa Ollongren (D66) afgelast.

"We moeten misschien minder het debat aangaan", zegt Bessems. "Maar meer in gesprek gaan met elkaar." Daar ligt ook een taak voor media, vindt hij. "Niet mensen die alleen hun stokpaardje af komen draaien en haaks staan op elkaar. Maar juist een gesprek voeren." Al ziet Waling ook iets moois in een debat. "Het voordeel is dat je laat zien dat je van mening kunt verschillen."