In Peru zijn de fossielen van een enorme tropische pinguinsoort gevonden. Het dier was minstens 1,5 meter lang, woog ongeveer zoveel als een mens en had een snavel die zeker 18 centimeter lang was. Die gebruikte hij vermoedelijk als een soort speer, waarmee hij zijn prooi kon doorboren. Paleontoloog Clarke beschrijft het dier als een 'monster'.
De pinguïn leefde niet op het ijs, maar zwom 36 miljoen jaar geleden rond in tropische wateren. Dat was een van de warmste periodes sinds de dinosaurussen zo'n 65 miljoen jaar geleden zijn uitgestorven.