In Fresno (Californië) geloven steeds meer katholieken dat de boom naast de St. John's Cathedral de tranen van God huilt. Maria Ybarra was de eerste die de tranen van God voelde toen ze onder de boom liep. Naarmate het nieuws zich verspreidde kwamen meer en meer mensen het wonder bekijken, terwijl anderen onder de boom verzamelden om te bidden. Tot zover het blinde geloof, nu de wetenschap.
Volgens Jon Reelhorn, een boomkweker in Fresno, is de wetenschappelijke verklaring voor de huilende boom niets meer dan de uitwerpselen van insecten als blad- of boomluizen: "De luizen zuigen sap op. Dat sap gaat door de spijsvertering van het diertje en komt er uit als honingdauw, en nectar-achtige vloeistof die ontstaat doordat de suikers in de sappen niet verbruikt worden. In de zomer kan honigdauw zo zwaar worden dat het naar beneden druppelt."
Dat Reelhorn het bij het wetenschappelijke rechte eind heeft is overduidelijk, want andere bomen in de straat druppelen ook honingdauw. Maar zelfs deze verklaring gaat niet op voor sommige van de parochianen omdat ze overtuigd zijn dat er iets speciaal aan de hand is met de boom. Bovendien stellen zij dat de boom ieder jaar huilt, maar alleen als er een heleboel mensen zitten te bidden. Sommigen beweren zelfs dat als ze vragen aan de Heilige Geest om zich te openbaren uit de boom een traan komt te vallen.