Met kleine kiezels of dadelpitten vermalen de papegaaien schelpjes tot calciumpoeder dat ze vervolgens innemen.
Wetenschappers bestudeerden gedurende acht maanden tien grote vasapapegaaien die in gevangenschap leefden. Vijf van de papegaaien gebruikten gereedschappen. Het is voor het eerst dat het gebruik van gereedschappen bij papegaaien van deze soort wordt aangetoond. De papegaaien gebruiken de gereedschappen om schelpen te malen. Ook dat is bijzonder: het is voor het eerst dat aangetoond wordt dat een niet-menselijke soort gereedschappen gebruikt om iets te vermalen. Wat ook uniek is, is dat de papegaaien gereedschappen met elkaar delen; dat gedrag is eerder nog maar bij een handjevol soorten geobserveerd.
Stenen en dadelpitten doen dienst als gereedschappen voor de papegaaien. Ze gebruikten ze om schelpen te vermalen of in stukjes te breken. Vervolgens eten ze de stukjes schelp of het calciumpoeder dat na vermaling overblijft, op.