De wereldbevolking ging in ruim twee eeuwen van 1 miljard naar 8 miljard bewoners. Dat is een indrukwekkende groeicurve, zoals op deze pagina’s goed te zien is. Maar er is een nóg steilere: die van Nederland. Dat zal in ruim twee eeuwen van 2 miljoen naar 18 miljoen inwoners gaan, en naar 20 miljoen in naar verwachting tweeënhalve eeuw. Het lege land noemde historicus Auke van der Woud zijn klassieke werk over de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland in de eerste helft van de negentiende eeuw. En dat was Nederland toen ook nog: leeg. Nu zou je het vol noemen – of druk, in politiek correcte taal.
En inderdaad is ‘vol’ inderdaad misschien niet helemaal het feitelijk juiste woord. Want wat is vol? Vol is een gevoel. Elk jaar weer blijkt Nederland – bijna het dichtstbevolkte land van Europa – er honderdduizenden mensen bij te kunnen hebben. Door emigratie vertrekken er ook weer velen. Maar per saldo groeit Nederland elk jaar met honderdduizend mensen, en dit jaar naar verwachting zelfs met het dubbele aantal.
‘Hoe meer zielen, hoe meer vreugd,’ wil het Nederlandse adagium. Zo bekeken wordt het steeds gezelliger aan de Noordzee. Voornoemde Auke van der Woud heeft in dit weekblad weleens gezegd dat deze gezelligheidsmentaliteit misschien wel de reden is dat het gevoel van nationale urgentie over de bevolkingsgroei maar niet echt op gang komt.
Inmiddels verandert dat. Net als in de jaren zeventig is er inmiddels een heuse staatscommissie die met het onderwerp aan de slag gaat, de staatscommissie voor demografische ontwikkelingen 2050. Dat meervoud (‘ontwikkelingen’) vloeit voort uit het feit dat ook de vergrijzing wordt ‘meegenomen’. Het eindadvies van de staatscommissie moet voor 1 november 2023 binnen zijn bij de minister van Sociale Zaken – vlak voor Nederland naar alle waarschijnlijkheid de 18 miljoenste inwoner welkom zal heten.
Of het een warm welkom wordt, is twijfelachtig. Want het chagrijn over de aanhoudend hoge bevolkingsgroei neemt snel toe. Immigratie is een splijtend politiek thema, met op rechts de asielmigratie als mikpunt en op links de arbeidsmigratie. Studentensteden worstelen met de vele buitenlandse studenten, die de binnenlandse studenten op de kamermarkt en in de collegezalen verdringen.
Bijna elke nationale ambitie – of het nu om klimaat, milieu, energie, infrastructuur, voedselvoorziening, woningbouw of natuur gaat – wordt gehinderd door ruimtegebrek. De ambities zitten elkaar in de weg. Voelbaar is de drukte inmiddels ook. Op de weg en op straat.