De coating met nanodeeltjes doet zijn werk goed op de begraafplaats aan de Hofstraat in Winschoten. Het graf van mevrouw Viëtor vaart er wel bij.
Daar is Bert Smit blij mee. Hij is bestuurder van de Stichting Oud-Winschoten. Die probeert het verleden van de stad levend te houden. Ze zet zich ook in voor de begraafplaats: bestuurders en bij de stichting betrokken vrijwilligers komen er regelmatig samen om oude zerken te restaureren en schoon te maken.
Ze zijn daar al jaren mee bezig, maar nog lang niet klaar. De begraafplaats, waar nauwelijks meer mensen ten grave worden gedragen (elders in de stad is een andere laatste rustplaats), telt namelijk negenduizend zerken.
De vrijwilligers hebben niet alleen zerken opgeknapt, maar ook letterlijk boven de grond gekregen. Die van de prominente Winschoter familie Viëtor bijvoorbeeld. Hun witmarmeren graven waren verzakt. Maar snel nadat ze weer ‘boven water’ waren, begonnen ze te verkleuren door de regen, wind en bladeren.
,,Toen kregen we het idee het te proberen met nanotechnologie, met coatings van nanodeeltjes’’, zegt Smit. Zulke coatings worden bijvoorbeeld op woningen toegepast. Smit en zijn collega-bestuurders wilden het ook proberen op een grafsteen. Ze huurden een bedrijf in dat zulke coatings aanbrengt. Vlak voor de zomer ‘bewerkte’ dat bedrijf het graf van Anna Elisabeth Hesselink, de vrouw van Berend Haitzema Viëtor.
,,Dat heeft nu dus een coating waardoor het tegen allerlei weersinvloeden bestand moet zijn en vele jaren in goede staat moet blijven’’, zegt Smit. ,,En dat blijkt tot nu toe ook zo te zijn. Regenwater glijdt er meteen van af, zanddeeltjes en bladresten zetten zich ook niet vast in het marmer. Deze proef, want dat is het, loopt tot nu toe heel goed. De komende tijd zullen er veel meer bladeren op terecht komen en dan houden we goed in de gaten hoe de steen zich houdt. Maar het ziet er goed uit.’’
De bestuurders van de stichting hopen, als de coating zich goed blijft houden, meer opvallende zerken aan de Hofstraat laten bewerken. ,,Maar dan moeten we wel op zoek naar extra geld’’, zegt Smit. ,,Dat hebben we nu niet zo maar beschikbaar.’’