Jordi Adao (23) was op het verkeerde moment op de verkeerde plek. De politie zag hem aan als verdachte voor een schietpartij en de politiehond pakte hem. Na uren op het bureau bleek dat hij toch niet de juiste persoon was. "Het is vreselijk hoe ze me behandeld hebben."

Hij werd vrijgelaten, maar is absoluut niet te spreken over het handelen van de politie. Samen met zijn advocaat gaat hij aangifte doen tegen de politie. "Het is verschrikkelijk hoe het is gegaan", zegt Jeffrey Jordan, de advocaat van Jordi.

In de nacht van dinsdag 24 juli op woensdag 25 juli was de Haagse Jordi een avond op stap in Rotterdam. Rond zes uur liep hij een club uit in het centrum van Rotterdam. Hij was onderweg naar een vriend, toen hij veel politie zag. Er was een schietpartij geweest, waar Jordi niets van wist. Hij besloot om te draaien en een andere weg te nemen. Tot hij ineens een politiehond op hem af zag stormen. "Ik ben als de dood voor honden." Dus hij zette het op een lopen. Het duurde niet lang voor de hond hem greep.

Jordi viel en brak zijn arm. De hond zette zijn tanden in zijn been."Ik schreeuwde en schreeuwde: 'haal die hond bij me weg", vertelt Jordi. "Ik lag al op de grond, maar die hond bleef aan mijn been hangen." Het werden dertien bijtwonden.

Jordy werd aangehouden en naar het politiebureau gebracht. In de auto kreeg hij een blackout. "Ik had echt pijn."

Bij het politiebureau kon Jordi de auto niet uitkomen. "Ik kon amper nog lopen, maar ze wilden me niet helpen. Ik keek die agenten smekend aan, maar ze wilden niks."

Volgens de politie zit het iets anders. Ze zeggen dat Jordi voldeed aan het signalement dat was afgegeven voor de schietpartij.

"Toen agenten meneer aanspraken ging hij ervandoor. Meneer werd door de agenten gesommeerd te blijven staan, maar rende weg en verstopte zich in de struiken. Gezien het feit dat de man mogelijk een vuurwapen bij zich droeg, besloten de agenten de politiehond in te zetten. Toen de hond meneer losliet, probeerde meneer nogmaals weg te rennen. Uiteindelijk wisten de agenten hem met behulp van de politiehond alsnog aan te houden."

Jordi werd in een cel gezet. De wond op zijn been werd verzorgd en hij zou later antibiotica krijgen. "Die heb ik dus nooit gehad, terwijl dat wel echt nodig is na een hondenbeet." Om tien uur zou hij worden verhoord. Zijn eigen advocaat kon Jordi niet bellen, omdat hij het nummer niet bij zich had. Hij kreeg daarom een pro-Deoadvocaat.

Uiteindelijk was het verhoor om half vier 's middags. "Om vijf uur hoorde ik dat ik toch geen verdachte was." Jordi mocht naar huis. "Ik werd het bureau uitgeschopt. Zonder hulp. Ik mocht niet eens wachten in de hal van het bureau tot ik werd opgehaald." Excuses kreeg hij ook niet. "Ze lachten me zelfs een beetje uit om mijn hondenbeet."

Over het verloop van de aanhouding zegt de politie: "Inmiddels is meneer geen verdachte meer. Dat doet wat ons betreft echter niets af aan de rechtmatigheid van zijn aanhouding op dat moment. Al begrijpen we dat de aanhouding en het letsel dat hij heeft opgelopen impact heeft op meneer. Wat betreft de wijze waarop meneer is behandeld, verschilt zijn lezing van die van ons. We gaan hierover graag persoonlijk het gesprek met hem aan, maar dat doen wij niet via de media."

Jordi's advocaat en de politie hebben contact met elkaar. "Ze hebben aangeboden om onze aangifte in Den Haag op te nemen, omdat Jordi nu niet zo mobiel is. Dat is netjes", zegt de advocaat.
Foto