Het noordpoolijs smelt steeds sneller weg, maar nu denkt een onderzoeksteam een oplossing te hebben gevonden: kunstmatige eilanden, enorme pompen en onderwaterdammen moeten het smelten stoppen.

Het ijs op de Noordpool smelt in een onrustbarend tempo. Daarom is een onderzoeksteam van de universiteit van Lapland in Finland technische projecten gaan uitdenken die moeten voorkomen dat gletsjers de zee in glijden en smelten.

Als voorbeeld gebruikten de onderzoekers de gletsjer bij Pine Island in het westen van Antarctica. Die glijdt weg met een snelheid van 4 kilometer per jaar.

Aan de kust raakt hij zijn grip op de bodem kwijt, waarna hij als een grote ijsschots de zee op gaat. Vervolgens begint hij te smelten, en daar willen de onderzoekers nu een stokje voor steken.

Verschillende projecten moeten de ijsschots beschermen en stabiliseren en de beweging van de gletsjer afremmen.

De ideeën gaan van pompstations die de waterlaag onder de gletsjer moeten wegpompen tot onderzeese dammen die moeten voorkomen dat warme zeestromingen in contact komen met de ijsschots.

Volgens de onderzoekers hoeven de projecten maar op een paar trajecten langs Antarctica en Groenland te worden doorgevoerd voor een merkbaar effect.

Zo verloopt 90 procent van de beweging van het ijs richting de kust van Antarctica via ijsstromen die nog geen 100 kilometer breed zijn. Datzelfde geldt voor 50 procent van de ijsmigratie op Groenland.

De wetenschappers realiseren zich dat het uitvoeren van projecten in de papieren gaat lopen, maar denken dat de kosten opwegen tegen wat de wereld kwijt is als we niets doen. Volgens verschillende prognoses zal het waterpeil van de zee tegen het jaar 2100 met 0,5 tot 2 meter gestegen zijn.

Een onderwaterdam moet ervoor zorgen dat het water rond het ijs koud blijft. Tegelijkertijd wordt de beweging van het ijs richting zee afgeremd door een kunstmatig eiland en door boringen.