Het begon als studieproject, maar inmiddels zijn 53 mensen begraven in een levende doodskist, gemaakt van mycelium. Dit organische materiaal is net zo sterk als hout, maar gaat geheel op in de bodem. Er is zo veel belangstelling van uitvaartondernemers en nabestaanden dat het bedrijf uit gaan breiden.

"We gaan verhuizen naar een productiehal van duizend vierkante meter", zegt Bob Hendrikx van Loop. Hij bedacht en ontwierp de Living Cocoon als student Architectural Engineering aan de TU Delft. Het gaat om een doodskist die snel vergaat en er ook voor zorgt dat de lichamen van de overledenen sneller vergaan. Inmiddels werken er tien mensen, onder meer voor productie en verkoop bij het bedrijf.

Mycelium is een bouwmateriaal waar de laatste jaren voorzichtig mee wordt geëxperimenteerd. Het gaat om een netwerk van schimmeldraden waaruit paddenstoelen groeien. Door water toe te voegen gaan de schimmels exponentieel groeien, waarbij ze zich bundelden met de organische materialen zoals houtsnippers.

De kisten zijn licht maar stevig, er kan iemand van 200 kilo mee begraven worden.

Normale doodskisten bestaan uit materialen als hout, lijm, spaanplaat, verf en schroeven. "Je maakt een boom, een levend en slim organisme dood. En dan verbrand je die doodskist ook nog na kortdurend gebruik of je laat het vergaan in de grond."

Dat laatste duurt jaren en dan blijft sterk vervuilde aarde achter, zegt Hendrikx. "Ook de mens zelf is vervuilend, een lichaam bevat meerdere chemicaliën die bij ontbinding achter blijven in de grond."

Mycelium daarentegen, verbetert de bodem juist. "Het maakt de aarde vruchtbaarder. Als je geen grafsteen op de aarde zou leggen, dan zouden er binnen een paar maanden planten staan op de plek waar iemand begraven is. Er kan ook een boom op groeien, de wortels staan dan in verbinding met het mycelium."

Grafruimers vinden bij het gebruik van reguliere doodskisten na jaren nog niet gecomposteerde lichaamsdelen, stelt Hendrikx. "Het kan tien jaar duren voordat een lichaam is vergaan en nog langer voordat het skelet vergaat. Maar bij een mycelium kist wordt het lichaam onderdeel van het ecosysteem. De organismen gaan samenwerken."

Bacteriën eten lichaam en botten sneller op, zo blijkt uit testen in laboratoria. "Giftige stoffen worden geneutraliseerd. En de resterende voedingsstoffen gaan weer naar de natuur. Binnen 45 dagen is de Living Cocoon opgenomen in de natuur. Binnen drie jaar is het lichaam verteerd."

Loop onderzoekt samen met wetenschappers van Naturalis verder in hoeverre de biodiversiteit stijgt door deze manier van begraven.

Het oog wil ook wat. Bij reguliere doodskisten kun je kiezen uit diverse kleuren, verschillende soorten hout, mooi afgewerkte handvaten. Een myceliumkist oogt grauw en grijs. Wel ligt op de bodem een groen mosbed.

"We zijn nu bezig met de doorontwikkeling van het materiaal. Zo kunnen we door het mycelium te mengen met andere bacteriën een leerachtige huid laten groeien die beige van kleur is en als fluweel aanvoelt. Ook kijken we naar organismen om kleur toe te voegen. Je kunt zo verschillende natuurlijke pigmenten krijgen. En je zou paddenstoelen bij de productie mee kunnen laten groeien zodat ze letterlijk als boeket uit de kist groeien."

De ontwikkeling van de kisten gaat met vallen en opstaan. Een uitvaarorganisatie in Delft die vlakbij de campus zit financierde de bouw van het eerste prototype.

"De eerste mal was gemaakt van hout die we bij de bouwmarkt gekocht hadden en zelf in elkaar hadden getimmerd. Het productieproces hebben we verbeterd. Maar de kisten groeien nog steeds in een kleine ruimte op de TU Delft waar we begonnen zijn. Daarom verhuizen we naar een andere grote hal. Dan kunnen we uitbreiden"

Inmiddels zijn 53 mensen in een levende doodskist begraven en ook enkele mensen in gecremeerd. Tien mensen hebben de kist alvast besteld voor na hun dood. Ook buiten Nederland is er belangstelling. In Duitsland zijn al twee kisten verkocht.

De eerste begrafenis was spannend. Hendrikx had een dag eerder nog een flyer bij een uitvaartondernemer afgegeven. "Een dag later kreeg ik een telefoontje. Het ging om een overleden vrouw, eind 80, die altijd heel graag in de natuur was. Haar nabestaanden vonden het mooi om haar zo te begraven, zodat ze weer onderdeel van de natuur zou worden."

Toen één uitvaartondernemer overstag was, volgden er meer. De afgelopen week waren er nog drie begrafenissen met een levende doodskist. "Het zijn meestal nabestaanden die er bewust voor kiezen om een lichaam weer terug te geven aan de natuur. We hadden ook een paar crematies, maar dan gaat de meerwaarde verloren. Je verbetert de bodem dan niet, al is de footprint ook bij crematie kleiner dan bij verbranding van een gewone kist."

Het vochtige klimaat in Nederland is bij uitstek geschikt voor de kisten. In warme landen gaat de compostering trager. "Je werkt met een organisme dat reageert op een bepaalde vochtigheid en temperatuur. Je kan de kisten ook in de woestijn gebruiken, maar dan krijg je wel een ander effect."

Dat is dus voorlopig geen markt waar Hendrikx op mikt. Eerst maar eens groeien in ons eigen klimaat. Belangrijk is dan wel dat hij in de verkoopboeken komt te staan waar doodskisten in staan, die uitvaartondernemers aan de nabestaanden tonen.

"Als je niet in de schappen bij de Albert Heijn ligt, word je ook niet veel verkocht. Maar we zijn hierover in gesprek met een grote distributeur. Als de deal rond is verwacht ik een snelle groei."

Een kist kost 1495 euro. "Het is één van de duurdere kisten. Maar we zijn net begonnen, dus we hebben ook veel ontwikkelkosten. Als je op grote schaal kunt produceren wordt het iets goedkoper. In een ecologische kist begraven worden, moet wat mij betreft het nieuwe normaal worden. Ik zou er zelf ook in willen worden begraven."
Foto