Een internationale belangengroep voor voetbalsupporters (FSE) roept de FIFA op om de kaartverkoop voor het WK voetbal direct stop te zetten. De prijzen zijn zo hoog, dat de organisatie spreekt over 'monumentaal verraad'.
De prijzen voor de kaartjes zijn vele malen duurder dan in Qatar, nu exact drie jaar geleden. Mocht je nu alle wedstrijden van Oranje willen zien tot en met de finale, dan ben je 5900 euro kwijt.
Het gaat om de kaartjes die worden toegewezen aan nationale bonden, die ze weer aanbieden aan supportersgroepen. Zogenoemde PMA-kaartjes (Participating Member Association allocation). Dat gaat vaak via loyaliteitsprogramma's: kom je vaker naar Oranje kijken, dan ben je eerder aan de beurt.
"Astronomische bedragen", zegt FSE. Voor het Nederlands elftal betaal je voor de goedkoopste aangeboden kaarten de volgende prijzen:
Tegen Japan: 220 dollar
Tegen een nog onbekende tegenstander: 220 dollar
Tegen Tunesië: 180 dollar
16de finale: 235 dollar
8ste finale: 295 dollar
kwartfinale: 680 dollar
Halve finale: 920 dollar
Finale: 4185 dollar
Let wel: dat zijn dus lang niet de duurste kaarten.
Wat de FSE ook tegen de borst stuit is dat er wel goedkopere kaartjes zijn, maar dat deze niet voor de loyale fans uit de bezoekende landen zijn.
De kaarten in categorie 4 worden gereserveerd voor de algemene verkoop, met dynamische ticketprijzen. "Dit is een monumentaal verraad aan de traditie van het WK, waarbij de bijdrage van de supporters aan het spektakel volledig wordt genegeerd."
De FIFA breekt met de huidige ticketprijzen met de presentatie van het zogenoemde bidboek uit 2018. Toen werd gezegd dat er kaartjes van 21 dollar beschikbaar zouden zijn, het goedkoopste kaartje voor de finale werd toen geraamd op 2242 dollar.
En nu dan? FSE roept de FIFA op de verkoop van PMA-tickets onmiddellijk stop te zetten 'en de ticketprijzen te herzien'. De vraag is of de FIFA hierin meegaat.

